Constantia de Saint Denis, Treurspel, door J.E. de Witte Junior. In 's Gravenhage by J.v. Cleef 1787. Behalven de Voorreden 71 bladz. in gr. octavo.
Constantia, eene anderzins deugdzaame Maagd, was in haare Jeugd door een Zee-Kapitein Valleran de Rochefort overgehaald, om 't Vaderlyk huis te verlaaten, en zig aan hem, in 't geheim, als Egtgenoot te verbinden, onder de belofte dat hy haar plegtig zou huwen, zo dra hy zulks ongestoord kon verrigten. Maar de trouwlooze Valleran verzaakte haar eerlang voor eene andere, en liet Constantia, met haaren Zoon Alcar, de vrugt van dien Minnehandel, aan haar noodlot over. Zy streeft hem, met eene vleiende hoop, ter Zee na; maar lydt schipbreuk; zy is 't behoud haares leevens grootlyks verschuldigd aan een Zeeofficier La Brie; en bevindt zig, benevens haaren Zoon, met hem op een onbewoond Eiland, daar ze eene voor hun gunstige verblyfplaats vinden. De voorheen reeds betoonde hulp, en de verdere aanhoudende zorg van La Brie, begunstigde, na verloop van vier jaaren, 's Mans aanzoek, om haar hand en hart, dermate, dat zy niet wel weigeren konde, zyne min met wedermin te beloonen; uit welke huwelyks-vereeniging vervolgens Sauvage gebooren werd. 'Er verliepen, zedert hunne komst op dit Eiland, meer dan dertien jaaren, eer zig eenig Schip aan deszelfs kusten vertoonde; eindelyk naderde een Schip het strand; en wel dra landde de Luitenant Vauclair met den tweeden Luitenant Hainplan, en zyn Manschap, om na te spooren of men zig, daar het Schip drinkbaar water ontbrak, alhier van goed water konde voorzien. En wie waren deeze eerste en tweede Luitenants? Hainplan was een teder Vriend van La Brie, wiens dood hy beschreid had; en Vauclair was de Broeder van Constantia, die hy reeds lang, met droefheid, voor zig verlooren geagt had. Op deeze treffende ontmoeting denkt men wel dra, om met elkanderen scheep te gaan; dan, by 't noemen van
des Kapiteins naam, ontdekt Constantia dat Valleran, haar Verleider en Verraader, het Scheepsbewind voert. Dit ontzet haar; en Vanclair, als Vriend aan hem verbonden, onkundig van zyn wanbedryf, stuift woedend op, en besluit tot het neemen van wraak; doch Constantia en La Brie wederhouden hem. La Brie gaat voorts met zynen Vriend Hainplan, vergezeld van beide de Kinderen, Alcar en Sauvage, na 't Schip; om Valleran, die gevaarlyk ziek, en wiens opkomst genoegzaam hoopeloos is, te spreeken. Zulks heeft ten gevolge, dat Valleran, hoe zwak ook, zig van boord begeeft, op eene soort van Draagbaar na de verblyfplaats van Constantia laat brengen, en vervolgens niet rust, voor dat zyn Scheeps-Priester, onder aller toestemming, hem met Constantia