De Armoede, klaagend Zangspel. Door Dirk Kuipers, Koimans. Te Dordrecht, by F. Wanner, 1788. In klein 8vo. 40 bladz.
Hoe ongewoon het ook heden wezen moge, dat men zinnebeeldige Wezens, gelyk de Liefde, de Wanhoop, de Nyd, enz. op het Tooneel brenge, en die te gelyk met wezenlyke Personaadien, zo als mirtel cloê, enz. laat werken, zal deze ongewoonheid echter nog overtroffen worden, door de byzonderheid; dat de Dichter zelf, onder den naam van mirtil, hoofdpersoon van dit Zangspel is. ‘De ongelukken hem overgekomen; de mishandelingen hem aangedaan; de vernederingen die hy in zyne geboorteplaats heeft moeten ondergaan; zyn (zegt hy) in geenen hoek geschied; en kunnen niet wel verduisterd blyven.’ - Al het bevallige der Dichtkunst missende, twyffelen wy zeer, of dit Stukje wel eenig meerder licht, over 's Dichters ongelukken, zal verspreiden; ten ware men de daar in voorkomende raadgeevingen der Wanhoop, dat mirtil zich zelven zou redden, door in het water te springen, of zich aan een boomtak te verhangen, als nog onbekende waarheden, by de reeds bekende moest voegen. Als een Handschriftje voor goede Vrienden, van het daar in bedoeld wordend lydend Huisgezin, zou dit klaagend Zangspel met deelreeming en eenig genoegen gelezen kunnen worden: maar voor het algemeen had het geene waarde genoeg, om in druk te verschynen.