De Advoeaat der Vrouwlijke Kunne; en wel voornaamenlijk der jonge Dochteren en Weduwvrouwen: met artikelen van bezwaar, tegen de grillen van Madame de verouderde Gewoonte, die de Vrouwlijke Kunne daar door lange in haar aangebooren Recht en Vryheid heeft verkort. In groot octavo, 44 bladz.
Het hoofdbezwaar door deezen Advocaat, tegen Madame de Verouderde Gewoonte, ingebragt, is tweeledig.
‘1. Dat de Vrouwelijke Kunne meer toegestaan worden de zinnelijke, dan de nuttige en leerzaame vermaaken.’ Men laat de Vrouwen gereedlyk toe, het komen in den Schouwburg, het vermaak neemen in de Operas, het bywoonen van Concerten, Balletten, Danspartyen, Bruiloften, Speelreisjes, en dergelyken, die de zinnen streelen: maar men vergunt haar niet te verkeeren in de openbaare Oefenschoolen der Weetenschappen, of te verschynen in de byeenkomsten der Maatschappyen, daar de schoone Natuurkunde, Wysbegeerte of andere fraaie Weetenschappen, ter verrykinge van den geest met nutte kundigheden, behandeld worden.
‘2. Dat de Vrouwelijke Sexe alle de onredelijke neigingen, aandoeningen en hartstochten zo zeer tot geen