wyster, die den Kinderen alleszins goede leefregels inboezemt, en eene derzelven bovenal de duidelykste en bondigste lessen geeft, ter regelinge van haar gedrag in een dienstbaaren staat. De Reiziger brengt ons onder het oog het bespotlyk character van zulke jonge lieden, die buitenlandsch reizen, zonder hun verstandlyk vermogen aan te kweeken, en die hun hart zo wel als hun verstand door verwaandheid bederven. De Edelmoedige Vyandmnen strekken om het hart tegen de wraakzugt te wapenen, zelfs dan, wanneer men grond schynt te hebben, om ze aan te kweeken. De goede Moeder boezemt den Kinderen hoogagting en gehoorzaamheid in voor Ouderen, die niet anders dan het welzyn hunner Kinderen bedoelen, en 'er alles voor veil hebben. De valsche Vrienden zyn ter waarschouwinge aan jonge
Lieden, om op hunne hoede te zyn, tegen de zodanigen, die 't, onder den schyn van Vriendschap, op hun verderf toeleggen. De Linnenwinkelierster verleent zeer goede opvoedingslessen, en geeft een uitmuntend voorbeeld van een recht deugdzaam meisje. Een Blyspel, de Flesjes genaamd, heeft ten doelwit, der Jeugd in te prenten, dat zy de hoedanigheden van een goed hart en gezond verstand boven de schoonheid hebben te kiezen; waartoe hier de keuze tusschen twee zogenoemde Toverflesjes in aanmerking komt. Laatstlyk behelst deeze Verzameling nog een Blyspel, de Duif geheeten, ter oorzaake dat eene Duif, door Amelie geliefkoosd, een voorwerp der jaloersheid van haare Zuster Rosine is; 't welk ons ten slot tot deeze leering leidt: ‘Dat kieschheid, die tot wantrouwen overgaat, haar pynigt, die haar voed, en de grootste belediging is voor haar, die 'er het voorwerp van is: en dat men, hier aan gedagtig, nooit behoort te vergeeten, dat 'er geen vriendschap kan zyn zonder achting en vertrouwen.’ - Mevrouw de Genlis heeft in ieder deezer Schouwtooneelen de natuur zeer wel in agt genomen, en terwyl ze het leerzaame bovenal in 't oog houdt, heeft ze het hoofdonderwerp egter ongedwongen vereenigt met tusschenkomende Tooneelen, die aan deeze Stukken in veele gevallen eene gepaste leevendigheid byzetten.