Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1787
(1787)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– AuteursrechtvrijEchte Anecdoten van Peter den Grooten, uit den mond van aanzienlyke Persoonen, te Moscou en te Petersburg, vernomen, en der vergetelheid ontrukt, door J. van Stahlin. Eerste Deel. Uit het Hoogduitsch. Non collecta libris, sed pene accepta per aures. Te Amsterdam by J. Yntema, 1787. in gr. octavo, 251 bladz.Indien 'er ooit een Vorst geleefd heeft, die met recht den naam van den Grooten verdiende, was het de roemryke stichter des Russischen Gebieds, de onsterfelyke Czaar peter, een Vorst die een geheel woest volk uit het stof opgebeurd, en tot dien staat van beschaafdheid gebragt heeft, dat het thans de eerste plaats onder de beschaafde volken van Europa met recht bekleeden mag. | |
[pagina 69]
| |
Uit dien hoofde was het te wenschen, dat een man van vernuft en welspreekenheid zich verledigde om het karacter van deezen Vorst naar waarde af te schilderen, en tot dit einde zou men geen beter bouwstoffe kunnen vinden, dan de hier even aangekondigde Verzameling van Anecdoten, die ons een juist denkbeeld geeven van de verheven vermogens en edelen inborst van deezen waarlyk grooten Vorst, en tevens het vermaak verschaffen van een aangenaam en nuttig onderhoud, daar zy ons den beroemden Czaar zo wel in zyn huizelyk leven als in zyn staatsbezigheden, op eene geestige en dikwils naïve manier afschetzen, en aan welker Echtheid men niet twyfelen kan, daar zy uit den mond van geloofwaardige oog- en oorgetuigen, welke een dagelykschen en gemeenzaamen omgang met den Czaar gehad hebben, zyn opgetekend; welker naamen onder deeze verzamelde Anecdoten zorgvuldig zyn aangetekend, en welker byzondere omstandigheden, men, volgens toezegging van den Uitgeever, by de uitgaave van een tweede Deeltje, dat dit eerste eerlang volgen zal, nader zal opgetekend vinden, met aanwyzing, wanneer en op welke wyze zy gemeenzaamen omgang met Czaar Peter gehad hebben, en by welke gelegenheid zy de opgegeeven Anecdoten bygewoond of gehoord hebben. Schoon het moeijelyk valle uit deeze fraaije Verzameling eene keuze te doen, daar men slegts het boek behoeft op te slaan om iets merkwaardigs aan te treffen, dat den leeslust opwekt en zodanig aan den gang houdt, dat men het naauwlyks van zich verkrygen kan om dit Werkje uit de hand te leggen, zullen wy echter ons tot het een of ander moetende bepaalen, de twee volgende Anecdoten, als staalen opgeeven, van welken ons de eerste de verwonderlyke liefde van den Czaar voor zyn Ryk en Vaderland, en de tweede zyn zucht en smaak voor goede Schilderyen aan den dag legt. | |
De verwonderlyke Liefde van den Czaar, voor zyn Ryk en Vaderland.‘Dat deeze groote Monarch zyn Ryk geheel hervormd, en, door het oprechten van een reguliere Armee en een machtige vloot, de bezorging van een beter opvoeding voor de jeugd, en het aanleggen van veele, voor het land en den buitenlandschen handel, voordeelige Fabrieken, | |
[pagina 70]
| |
Kunsten en Weetenschappen, het zelve in een zichtbaaren bloei gebragt, zich by de nabuurige ryken geducht, en zyn vermogen door de gantsche waereld heeft doen gelden, is een zaak die even zo bekend is als zyn verdriet en hartzeer, dat hy aan zynen Zoon Alexis Petrowitz beleefde, die hem in alle zyne heilzaame oogmerken wederstreefde, en wien hy derhalven, als onbekwaam tot den troon, genoodzaakt was de opvolging openlyk te ontzeggen. Hy sloot dus, alleen uit liefde tot zyn Vaderland, deezen zynen eigen Zoon van den troon uit, om voor te komen, dat, door deszelfs bestiering, dit nieuwe, magtige en pragtige Gebouw van den Staat zynes Ryks, niet op eenmaal weder instorten, en deszelfs verlichte inwooners in de voorige duisternis der onkunde vervallen mogten. Eene nog verbaazender proeve van zyne vuurige liefde voor het Vaderland, tot wiens beste deeze waare Vader des Vaderlands alles, ja zich zelfs, gewoon was op te offeren, blykt uit een in zyn Cabinet nog berustende eigenhandigen brief aan den regeerenden Senaat te Petersburg, in 't leger by de rivier Prut, den..... 1711 gedateerd, toen hy zich met zyn armee, op een ongelukkige wyze, door 100,1000 Turken ingeslooten, en van allen toevoer van proviant vond afgesneeden. In zulke gevaarlyke en geheel wanhoopige omstandigheden, waar uit hy zich op geenerlei wyze, dan, als 't ware, door tusschenkomst van een byzonder wonderwerk, redden konde, was hy alleen om het Vaderland, het minst om zich zelven, bekommerd, niet tegenstaande hy het dreigende gevaar klaar voor oogen zag, of, om by de Turken gevangen te raaken, of te sneuvelen. Zo ras de onverschrokken Held het oogenblik van dit zo onvermydelyk gevaar bemerkte, en zich zelfs met zyn gantsche Armee verlooren achtte, zette hy zich zeer bedaard in zyn tent neder, schreef een brief, verzegelde denzelven, liet een zyner getrouwste Officieren ontbieden, en vroeg hem, of hy kans zag door de Turksche Armee te komen, en een depeche naar Petersburg te brengen? De Officier, wien alle wegen en sluiphoeken in deeze landstreeken bekend waren, verzekerde den Czaar, dat hy dit werk volkomen op zich nam, en zyn Majesteit 'er zich volstrekt op verlaaten konde, dat hy behouden te Petersburg belanden zou. In het vertrouwen op zulk een verzekering, gaf hem de Czaar een eigenhandigen brief, met het Opschrift aan den regeerenden Senaat te Peterburg, | |
[pagina 71]
| |
kustte hem voor het voorhoofd, en zeide hem verder niets dan: God geleide u! ‘De Officier kwam, op den negenden dag zyner reize, gelukkig te Petersburg aan, en overhandigde den brief in den vollen Senaat. Dan hoe getroffen waren de vergaderde Senatoren, wanneer zy, met geslooten deuren, den eigenhandigen brief van den Czaar lazen, en van den volgenden inhoud bevonden. ‘Ik geef u hier nevens berigt, dat ik met myn gantsche Armee, buiten myn schuld of toedoen, alleen door het bekomen van valsche berigten, door een viermaal sterkere magt der Turken zodanig ben ingeslooten, en van allen toevoer van levensmiddelen afgesneeden, dat ik, zonder een byzondere Godlyke hulp, niet dan onze volkomen nederlaage, of dat ik by de Turken gevangen geraake, voorzien kan. Indien dit laatste geval mogt gebeuren, zo moet gy my niet voor den Czaar, uwen Heer, houden, en niets volbrengen van eenige bevelen, of schoon ze ook eigenhandig getekend waren, die u van my mogten toegezonden worden, tot dat ik weder zelfs in persoon by u zal zyn. Dan zo ik mogt sneuvelen, en u het bericht van myn dood met zekerheid bevestigd wordt, moet gy den waardigsten onder u tot myn Opvolger verkiezen.’ Het origineel van deezen Brief berust nog in het Cabinet van peter den Grooten, aan het Keizerlyk Hof te Petersburg, onder veele andere eigenhandige schriften van den Monarch, waar hem de opzichter van dit Kabinet, de Prins Michaelowitz Tchtscherbatoff, aan verscheidene hooge Staatspersonen heeft laaten zien. De Prins Michaela Michaelowitz Tchtscherbatoff, Kamerheer en Wapenmeester, by den regeerenden Senaat. | |
Hy is een groot liefhebber van goede Schilderyen.‘Toen de Czaar, in den jaare 1716 en 1717, voor de tweede maal, was gaan reizen, vertoonde hy in 't openbaar zyne liefhebbery en goeden smaak voor Schilderyen. Te Amsterdam bezogt hy de beroemdste Schilders, en zag hen, met een byzonder vergenoegen, dikwils uuren lang, aan het een of ander stuk werken, sprak met hen over de voortbrengzels van hunne kunst, en | |
[pagina 72]
| |
vormde zich zelven een fynen smaak in de kennis der Schilderyen. In 't byzonder vond hy zeer veel behaagen in de stukken van de Vlaamsche en Brabandsche schoole, en deed een grooten voorraad van de stukken der voornaamste meesters uit deeze schoole op. Rube s, van dyk, rembrand, jan steen, van der werf, lingelbach, berghem, mieris, wouwerman, breugel, ostade, jan van huyzum, enz. hield hy voor zyne lievelingen; doch voor alles gaf hy de Hollandsche Scheeps en Zeestukken den voorkeur. Inzonderheid had hy veel achting voor de stukken van adam silo, die eerst zelfs een Scheeps - Kapitein geweest,Ga naar voetnoot(*) en vervolgens zich | |
[pagina 73]
| |
zeer gelukkig op het schilderen van voortreffelyke Zee- en Scheepstukken toegelegd, en boven alle andere Zee- | |
[pagina 74]
| |
Schilders, het mast- en touwwerk uitvoerig en juist wist te treffen. Van hier vond peter de Groote ten deezen opzichte zyne stukken voor zeer leerzaam, en had het voorportaal van zyn Slaapvertrek, en het Zomerhof te Petersburg, met stukken van deezen meester behangen. Zelfs op zyn lusthof te Peterhof, waar de Czaar in het paleis zyner gemalinne, Monplaisir, de eerste Schildergalery van louter Nederlandsche stukken had aangelegd, zag men de Zee, en Scheepsstukken van silo de beste plaats beslaan. Te Amsterdam zat peter de Groote op de openbaare Verkoopplaats van Schilderyen, onder de menigte liefhebbers en koopers, naast den Schilder xsel, een Zwitzer, die Historiën en Stillevens schilderde, en een zeer ervaren kenner van Schilderyen, in 't byzonder van de Nederlandsche, en derzelver Meesters, was. Daar kogt de Monarch zelfs een menigte Schilderyen van zyne geliefkoosde Schilders, met welke hy gedeeltelyk de zo even gemelde Schilderyengalery te Peterhof aanleide, en die hy gedeeltelyk in zyne voorkamers liet ophangen. Om deezen aanzienlyken voorraad van zelfs aangekogte Schilderyen in goeden stand te houden en te vermeerderen, nam hy den zo even gemelden Schilder xsel in zynen dienst, die den Czaar ook naar Petersburg volgde, en daar zelfs menig een schoon stuk van zogenaamde Stillevens; b.v. een Doodshoofd met een uitgebluschte en nog dampende lamp, stil liggende Muziek - instrumenten, enz. vervaardigde; en vervolgens, als Schilder van de Academie der Weetenschappen, in hoogen ouderdom, in 't jaar 1743, stierf.’
De Schilder xsel. |
|