Abu Becri Mohammedis Idyllium Arabicum, Latine redditum et brevissimis scholiis illustratum, in usum praelectionum Academicarum edidit Everardus Scheidius. Harderovici Gelrorum apud J. van Kasteel 1786. Absque Praef. et Vita Abu Becri, 92 pp. in quarto f. mai.
Historia imperii vetustissimi Joctanidarum in Arabia felice, et Arabicis Scriptoribus. Accesserunt denuo hac editione, Monumenta Vetustiora Arabiae five specimina quaedam illustria antique memoriae et linguae, ex manuscriptis Codicibus, excerpta ab Alberto Schultens, et Colonia Joctanidarum deducta per s. bochartum. Harderovici Gelrorum apud J. van Kasteel 1786. Absque Praeff. 367 pp. in quarto.
Met het herleeven van de beoefening der Arabische Taale, in de overtuiging van derzelver onontbeerelyk nut, ten rechten verstande der Hebreeuwsche Spraake, doet men aan veelen een weezenlyken dienst, met hun geschikte middelen aan de hand te geeven, welken ter bevorderinge deezer oefeninge strekken, waaronder de hier bovengemelde Geschriften met regt geteld mogen worden.
De Hoogleeraar Scheidius had deezen opgenoemden Veldzang van Abu Beker Mohammed, een der beroemdste Arabische Dichters, al voor eenige jaaren in 't Arabisch gemeen gemaakt, en doet denzelven thans te voorschyn komen, met eene Latynsche Vertaaling, die vergezeld gaat van oordeel- en taalkundige aanmerkingen, waardoor dit Meesterstuk van Oostersche Dichtkunde opgehelderd wordt; en waarvan zy, die zich op deeze oefening toeleggen, met vrugt zullen kunnen bedienen.
By de afgifte, hiervan heeft de Boekverkooper van Kasteel zich, zo wy agten, niet onvoegzaam van deeze gelegenheid bediend, om het mede opgenoemde Werk van den Hoogleeraar Schultens, reeds voor etlyke jaaren gedrukt, op nieuw aan te kondigen; daar 't, schoon by meer geoefenden bekend en geagt, veelligt by jonger beoefenaars min bekend geworden zy. - Men vindt, in 't eerste gedeelte, in 't Arabisch met een nevensgaande Latynsche overzetting, by een verzameld de merkwaardigste stukken, die men by de Arabische Schryvers ontmoet, wegens het aloude Ryk der nakomelingen van Joktan, een der zoonen van Heber, gemeld Gen: X. 25-29. - De eerste plaats