De tweede Verhandeling, aan welken de Zilveren Gedenk-penning is toegekend, is van den Heer g. ter horst, practiseerend Geneesheer, te Amsterdam. - De kundige Opsteller heeft niet goedgevonden met een Kruid- en Scheikundig Onderzoek van den Koortsbast zig in te laaten; maar heeft zig meer bepaald tot dat geene, wat de Waarneemingen van beroemde Mannen ons, omtrent de geneeskrachten van den Koortsbast, hebben geleerd. - Hy toont, in de eerste plaats, door de schriften van eenen de Gorter, Tralles, Werlhof, Hoffman, Berger en Freind, welke vermogens de Koortsbast bezit; en geeft vervolgens, met de eigen woorden van de Haen, een Lyst der Ziekten op, in welke de Koortsbast als een zeer heilzaam middel is bevonden geworden; en eindelyk, in de derde plaats, bewyst hy uit de Waarneemingen van de bovengenoemde Schryvers zo wel, als ook uit Sydenham, Stork, van Swieten, en meer andere, dat de Koortsbast niet in alle gevallen voldoenend is bevonden; en dat men, naa bevind van de byzondere omstandigheden, door byvoeging van andere Geneesmiddelen, de werking van den Koortsbast vermeerderd en gewyzigd heeft.
De derde Verhandeling die ons meer Systematicq voorkomt, is van den Heer j.p. michell, practiseerend Geneesheer, te Amsterdam. De schrandere Opsteller heeft zyne Verhandeling in vier Hoofdstukken gesplitst.
In het eerste onderzoekt hy de hoofd-eigenschappen van den Koortsbast; als mede de Ziekten, waarin dezelve als het voornaamste Geneesmiddel te pas komt. - In het tweede geeft hy de oorzaaken op, waarom in deeze Ziekten de Koortsbast alleen zeer dikwils niet kan volstaan. - Het derde Hoofdstuk wyst aan, op hoe veelerlei wyze de kragten van dit Geneesmiddel, ter geneezing van zulke Ziekten, versterkt en aangezet kunnen worden. - Het vierde, en laatste, handelt over de hulpmiddelen, die, naa den verschillenden aart der omstandigheden, by den Koortsbast gevoegd kunnen worden, ter geneezing van Ziekten, waarin hy alleen niet voldoet.
De vierde en laatste Verhandeling is van den Heer looff, Geneesheer te Groningen. - Hier vinden wy wederom eene verschillende behandeling. - Voor eerst beschouwt de Schryver de gevallen, in welke de Koortsbast als het voornaamste Geneesmiddel vereischt word. Ten tweeden, op hoe veelerleie wyze zyn kragt ondersteund of aangezet kan worden; en hier uit leid hy ten