Naauwkeurige beschryving van alle de plegtigheden des Eeuwfeests van het Diaconie Oude Vrouwen-en Mannen-huis te Amsterdam, gevierd in het zelfde Huis den 22 en 24 Febr. 1783. Beschreeven door H. Stoopendaal, en ten voordeele van de Oude Lieden, die in dat Godshuis woonen, uitgegeeven. Te Amsterdam, by P.v. Dorth en J. Wessing, 1783. Behalven het Voorbericht, 98 bladz. In gr. octavo.
Het honderdjaarige in stand houden van het opgemelde Godshuis heeft aanleiding gegeeven, tot het plegtig vieren van een Eeuwfeest in het zelve, ter dankbaare nagedagtenis van Gods goedertierenheid; 't welk zo deftig, staatlyk, en tevens met zulk een vreugdverwekkend genoegen, voor alle de aanweezenden, voltrokken is, dat het eenigermaate eene gezette beschryving vorderde, om de herinnering van het zelve te bestendiger leevendig te houden. Ten dien einde heeft de Heer Stoopendaal ook dit Geschrift vervaardigd; in 't welke hy ons vooraf een beknopt berigt geeft van de opregting van dat Gebouw; en verder meldt, hoe de Broederen Diaconen en Zusteren Diaconessen, als Regenten en Regentessen van het zelve, by tyds een besluit genomen, en de vereischte maatregels in 't werk gesteld hebben, om dit Jubelfeest te vieren; waarop hy dan voorts een onderscheiden verslag verleent van de daadlyke uitvoering, met aantekening van alle de byzonderheden, die daaromtrent in aanmerking komen. Aan 't einde van dit berigt, dat ten naauwkeurigste opgesteld is, vindt men ook nog eenige Dichtstukken en Verzen, by die gelegenheid vervaardigd en voorgeleezen, welken aan den aart der omstandigheden beantwoorden; waaronder ook twee uit de hand eeniger Oude Lieden in dat Godshuis; in welken zy de welmeenendheid hunner harten, en de aandoening hunnes gemoeds ten leevendigste aanduiden. Men had 'er, volgens 't geen hier nog gemeld wordt, verscheiden van die soort, doch te veel, om ze allen te plaatzen; ook zyn de bygebragten genoegzaam ter proeve hunner dankbaare erkentenisse.