tenissen, is het hoofdbedoelde, dat deezen nieuwen Spectatoriaalen Schouwburg van andere soortgelyke Schriften onderscheidt. Dit oogmerk kan ongetwyfeld zyne nuttigheid hebben; en deeze eerste Proeve is van die natuur, dat men grond hebbe, om iets goeds van de verdere uitvoering te wagten. Ze behelst drie Toneelstukken, welken regelmaatig geschikt zyn en waarin eene verscheidenheid van characters plaats heeft, die de Autheur op eene juiste wyze doet werken; zo dat ze, bestendig aan zigzelven gelyk, ongedwongen handelen, in beantwoording aan 't voornaame einde, waar toe het Stuk moet dienen. - De eerlyke Landman, die de eerste plaats bekleedt, schetst ons een Landman, welke, door de sterfte van zyn Vee, ongelukkig buiten staat geraakt is, om zynen Landheer te kunnen voldoen; by wien het vast staat, alles wat hy bezit, zonder eenige agterhoudendheid, aan zynen Landheer over te geeven; en verder alle poogingen aan te wenden, om, in 't vervolg van tyd, door zyner handen arbeid, hem het nu te kort schietende te laaten geworden. Andere Landlieden tragten vrugtloos hem over te haalen, tot maar al te sterk in zwang zynde slinksche bedryven, waardoor men niet schroomt zyne Crediteuren op de onregtvaardigste wyze te behandelen. Hy blyft onwrikbaar by zyn voorneemen; en de Landheer erkent voorts het eerlyk hart van den Landman; hy verleent hem niet alleen eene volstrekte kwytschelding van zyne schulden, maar schenkt hem ook een grooter vermogen dan hy voorheenen bezat. Tot dit laatste gaf inzonderheid aanleiding eene ontdekking van den Landheer, die onder de Huisgenooten des Landmans een Jongeling vond, welke, by nader onderzoek, bleek zyn eigen Zoon te zyn, dien hy, zints deszelfs vroege kindsheid gemist, en tot nog vergeefsch gezogt had. Dit byverdichtzel is gevoeglyk in
't Stuk ingevlogten, en op eene gepaste wyze, als 't ware, met hetzelve vereenigd. - Een hieraan volgend Tooneelspel, getyteld Ritmer de Jonge, of het bederf der Nederlandsche Zeden, maalt den nadeeligen invloed van zedenlooze Vreemdelingen, als Kappers, Kameniers en dergelyken, in de Huishoudingen ingevoerd; die der Jeugd hunne losbandige Denkbeelden inboezemen; en zig met het slegte soort van Galantery-Kraamers vereenigen, om haare Zeden te bederven; terwyl ze elkander behulpzaam zyn, om hunne beurs, ten koste der Nederlandsche Jeugd, te vullen. Ritmer de jonge, van hoe braaven inborst ook, strekt hier ten voorbeelde van den trapswyzen voortgang van derzulker listige laagen; waardoor hy zelfs zo verre gebragt wordt, dat hy het op het leeven van eenen Vriend, aan welken hy de grootste verpligting had, toelegge. Ten zelfden tyde smeedt dat snood gespuis een aanslag op zyne Zuster, om haar te ontëeren, door haar te beweegen om met een geslaagen Ligtmis voort te gaan; welk ongeval door eene tydige ontdek-