Heelkundigen, van vroegere en laatere tyden, hebben bezig gehouden. Men is, in 't algemeen, van gevoelen geweest, dat het vuur voortkwam uit eene al te hevige ontsteeking in een of ander deel van het Lichaam, en dus als een gevolg eener voorafgaande ontsteeking moest aangemerkt worden.
Dit algemeen aangenomen gevoelen zoekt de Heer o'Halloran in deeze zyne verhandeling te bestryden, en uit de natuur der zaake, zo wel, als door de ondervinding, aan te toonen, dat de oorzaak van het vuur doorgaans en voornamentlyk gelegen is in het bloed en andere vogten van het menschelyk Lichaam, en bygevolg, dat dit ongemak, 't welk schynt te zyn een kwaal op zigzelven, slegts is een toeval van die algemeene ongesteldheid, met welke het geheele gestel is aangedaan.
De wyze, op welke de Schryver dit onderwerp behandelt, en het juiste oordeel, 't welk daarin doorstraalt, doen deeze Verhandeling, boven veele anderen, die wy over dit Stuk geleezen hebben, uitmunten. De Verhandeling zelve is in negentien Hoofdstukken afgedeeld. Door dat de Schryver, in de Inleiding, eene korte Schets heeft gegeeven van de gevoelens, welke, door alle tyden heen, omtrent dit ongemak, hebben plaats gehad; zo handelt hy, in het eerste Hoofdstuk, over het Vuur in het algemeen, en van deszelfs onderscheiden Soorten. In het tweede, van het Heet- en Koud-vuur, voortkoomende van eene algemeene kwaadsappigheid, of van eenen kwaaden staat, zoo van de vaste als zagte deelen. In het derde, van de Esthiomene, zynde het eerste soort, of de hoogste trap van bederf in de vaste deelen en vogten. In het vierde, van het Koud-vuur, of het tweede soort van versterving, uit eene algemeene kwaade gesteldheid. In het vyfde, van het Heet-vuur, eigentlyk zoo genoemd; of van het derde soort van versterving, uit eene algemeene oorzaak. In het zesde, van het Gemis, van de balsemagtige en tot voeding geschikte hoedanigheid van het Bloed en de andere vogten; de bron van alle tot hier toe beschreeven soorten van versterving. In het zevende, van het Vuur, het welk door eene ontsteeking van het bloed word geboren. In het agtste van een soort van vuur dat op het aderlaaten volgt. In het negende, van die versterving, welke door eene kankeragtige gesteldheid van het Lichaam ontstaat. In het tiende, van de ongemakken der Beenderen, welke het afzetten vorderen. In het elfde, van het vuur,