trent zeven uuren instelde, scheen my de verdere aderlaatinge te verbieden; ik raadde ten dien einde den Lyder een afkookzel van de Flores Tussilaginis, de Flores papav. rh. en de Herba Boraginis te drinken, en beval, indien het Hembd door zweeten mogte nat geworden zyn, een droog Hembd aan te trekken.
Den volgenden morgen, zynde de tweede dag van de ziekte, zweette de Lyder sterk, en gaf fluimen op, die met bloed vermengd waren; deeze expectoratie oordeelde ik door geschikte middelen te moeten bevorderen, terwyl ik overtuigd was, dat dit de kortste weg was, door de natuur verkoozen, om eene scheiding ten voordeele van den Lyder te bewerken.
Den derden dag, vond ik de Pols hard en schielyk, zo als in den beginne; het aangezigt was opgezet, de oogen rood, de tong een weinig geel, en de ademhaaling den geheelen dag zeer benauwd.
Ik liet een mixtur uit Sperma Ceti, Succus Boraginis, en Syrupus papav. rh. vervaardigen, waarvan de Lyder alle twee uuren een lepel vol warm gebruikte. Tegens den avond liet ik een Lavement zetten, 't welk hy tot den volgenden morgen by zig hield, en toen, met zwarte stoffen vermengd, loosde. Dien dag scheen hy vry wel, en de toevallen scheenen te verminderen; den vyfden dag was hy insgelyks redelyk wel; den zesden dag, klaagde hy over eene zwaarte in het Hoofd, 't welk ik vreesde een voorboode van eene Ylhoofdigheid te zyn, gemerkt de Lyder van een droog en heet gestel was; en het nog bovendien eene familieziekte by hem was.
Ik wierd in myne voorspelling niet bedroogen, reeds dien zelfden avond begon hy wartaal te spreeken.
Ik liet hem Zuurdeeg aan de voeten leggen, welke hy des nagts wederom weg wierp.
Ik oordeelde niet dienstig te zyn Spaansche Vliegenpleisters te laaten aanleggen, maar stelde alle moeite in 't werk den Lyder veel te laaten drinken van een water Tisane, waarin ik een weinig pynstillende deed; daarenboven liet ik hem een zervet, in koud water nat gemaakt, op het hoofd leggen, waarvan ik in zoortgelyke gevallen goede uitwerkingen gezien had: dog dit laatste wierp hy met kwaadheid, zo als het Zuurdeeg, van zig weg.