Verhaal van een ontlasting van een groote menigte bloed, door aftapping. In een Brief van een Heer van 't Eyland Antigoa, aan Mr. Samuel Athill, medegedeeld aan Dr. Duncan.
(Medical Commentaries. Vol. V. Part. II.)
Een zeker Man vervoegde zich by ons om hulp, op den 1. Jan. 1778; klaagende over pyn in de Maag en in de Ingewanden, waar mede hy, omtrent drie weeken voor zyn komst by ons, was gekweld. Men ontdekte aan zyne regter zyde een hardheid, regt onder 't zwaardswyze kraakbeen, 't welk wy hielden voor een beginnende verzweering in dat deel. Daar werden geschikte. Geneesmiddelen voor dit ongemak, en zyne andere gebreken, voorgeschreven. Zes dagen hier na, begon zyn buik te zwellen, en, op den veertienden dag, was de buik zo gespannen met water, als wy ons verbeeldden, dat 't aftappen 'er van noodzaakelyk was. Ik verrigtte vervolgens deeze Bewerking, en, tot onze grootste verwondering, tapten wy, in plaats van water, agt pinten bloed af, gelykende naar bloed door een aderlaating verkreegen. Hy onderging de Bewerking, zonder dat hy in 't minst flauw werd. Na dat 't bloed by na twee uuren gestaan had, scheidde 't water (serum) zich van 't dikke (crassamentum) af. Ik tapte hem nog drie maalen, met tusschenpoozing van omtrent zestien dagen tusschen ieder Bewerking; dog 't vocht dat in deeze laatste aftappingen voortvloeide, was helder als water. Hy stierf den 12. Maart. By de ontleeding ontdekten wy de volgende verschynsels: - de Borst was met water opgevuld; de longen waren met verscheide kleine witte vlakken bezet; 't hart was veel kleiner dan natuurlyk; in de lever ontdekte men overal harde knoestagtige gezwellen; een inzonderheid, grooter dan de overigen, woog tien oncen, uit de lever uitgesneden zynde; de darmen werden geheel en al zonder vet gevonden, en 't netvlies was volkomen verteerd; 't buikvhes was veel dikker dan gewoonlyk; en de maag by uitstek klein. De Mild, de Nieren, en de Galblaas werden in haaren natuurlyken staat gevonden. Wanneer