Proeve van Gedichten voor de Jeugd, ontleend uit de Natuur In 's Gravenhage by J. en G. du Mee. In octavo 34 bladz.
De wel verdiende goedkeuring, aan verscheiden dichtstukjes voor kleine kinderen, gegeeven, heeft den Opsteller van dit Werkje genoopt, om te beproeven, of hy niet insgelyks met vrugt eenige gedichtjes konde vervaardigen, voor de Jeugd, die tot wat meerder jaaren gekomen is; om dezelve op te leiden tot eene aandagtige beschouwing van de Natuur, ter verheerlykinge des grooten Maakers van 't Heelal. Ten dien einde heeft elk Dichtstukje deezer Proeve een voorwerp uit het Ryk der Natuure tot deszelfs onderwerp, en 't strekt telkens om de Jeugd opmerkzaam te maaken, inzonderheid op Gods goedheid en wysheid, in de schikking, onderhouding en bestiering van dat alles. Het bedoelde einde, en de weg, welken men ter bereikinge van 't zelve heeft ingeslaagen, verdient goedkeuring; des het te hoopen zy, dat de Autheur dezelve in die maate zal erlangen, dat het hem aanspoore, om zynen arbeid voort te zetten.