De waare oorsprong van Gelukstaat eens Volks aangewezen in de opvoeding der Kinderen, door Ph. Joh. Looff. M.D. Medelid van het Groninger Genootschap Pro excolendo Jure Patrio. Te Groningen en Amsterdam by L. Huisingh en J. Doll. 1778. Behalven de Voorreden 212 bladz. In gr. octavo.
Zal een Volk gelukkig zyn, zo moet het deugdzaem wezen. Dit is een onbetwistbare Stelregel, welken de Heer Looff hier ten grondslage legt; en waerop hy verder met rede zyne Stelling vestigt, dat men, ter bereikinge hier van, bovenal zyn Werk moet maken van de opvoeding der Jeugd; waervan hy, zo voor de Jeugd en ieder Huisgezin in 't byzonder, als voor den Volks staet in 't algemeen, op eenen vasten grond, de heilzaemste gevolgen voorspelt, indien dezelve van den hoogsten tot den laegsten stand behoorelyk werkstellig gemaekt wierd. Maer, wat zegt het, een Kind op te voeden? Onze Autheur, de verkeerdheid eniger denk-en hand lwyzen daeromtrent aengetoond hebbende, omschryft dit in dezervoege. ‘Een Kind wel op te voeden, aangaande zyn zedelyk gestel, zegt, hem van jongs op te leeren, zyne driften te gebruiken en niet te misbruiken, en dezelve te bestieren tot die oogmerken, tot welke de Schepper hem dezelve gegeven heeft, ten einde de waare deugd in hem te doen wortel schieten, en alle ondeugd en laster af te keren. - Zulks heeft, gelyk een ieder met hem terstond zal opmerken, zeer veel in; net vordert ongetwyfeld eene sterke, en naeuwlyks minder dan oprechte Ouderliefde voor de Jeugd, en een verstand dat vatbaer is voor de beste maetregelen, welken ten dien einde in acht genomen behooren te worden; mitsgaders ene volkomen bereidwilligheid, en een taei geduld, om die maetregels onvermoeid in 't werk te stellen. Dan voor hem, die deeze vereischten bezit, is 'er grond van hoop, dat hy, in ene mindere of meerdere mate gelukkig zal slagen. En denzulken geeft de Heer Looff, in dit Geschrift, ene reeks van Lessen aen de hand, welken natuurlyk geschikt zyn, om ter bevorderinge daervan te dienen; en welker lezing wy allen den genen, dien de Opvoeding der Jeugd ter harte gaet, nevens andere Schriften over dit onderwerp, ten ernstigste aenpryzen. - Na ene beknopte voorstelling van algemene regelen, wegens de
lichaemlyke gezondheid der Jeugd, ontvouwt hy meer byzonder het geen men, ter bestieringe van der-