De Noord-Amerikaan in Holland, of de bedroogen Hoogmoed, in vyf Bedryven, door N.L. Te Utrecht by G.T. v. Paddenburg, 1778. Behalven het Voorberigt 56 bladz. in gr. octavo.
Een Westphaaler van geboorte, met naame Schinken, in Amerika zyn Fortuin gemaakt hebbende, en nu Gammon heetende, komt in Holland, en doet zig alleszins voor als een groot Heer, die veel gelds verkwist. Zyn Fransche Rentmeester in Amerika berigt hem, dat hy, overgroote kosten hebbende moeten maaken, geen wissels kan zenden. Dit brengt hem in de engte. Een Fransch Koopman, die hem kwanswyze zal redden, behandelt hem schurkagtig. Hy vervoegt zig by een Hollander, dan deeze weigert hem geld op Americaansche Effecten te schieten. Men staat hem te gyzelen; dog een Engelschman stelt zig borg; en koopt zyn Land, of liever neemt het over, onder voorwaarde, dat hy hem tien jaaren, op dat Land in Amerika, zal dienen. Intusschen is Gammon bekend geworden voor den Broeder van Jurjen, den knegt van het Logement, die insgelyks door den Engelschman gehuurd word, om in America te arbeiden. - Dit Tooneelspel, dat vry vrolyk uitgevoerd is, schetst in 't kleine t geen veelligt in 't groote gebeuren zou kunnen. En 't behelst voorts geen onaartigen schimp van den ondraagelyken hoogmoed veeler buitenlandsche Fortuinzoekers, die dikwerf het Fortuin van de eigen Inboorelingen dwarsboomen.