Beschryving van de Staat- en Krygskundige gesteldheid des Pruissischen Legers; nevens eenige Anecdoten van het huishoudelyk leven des tegenwoordigen Konings van Pruissen. Uit het Hoogduitsch vertaald. Te Utrecht by G. v.d. Brink Jansz. 1778. In groot 8vo. 143 bladz.
Het Krygstooneel in Boheme, dat veeler oogen derwaarts trekt, doet hen wel inzonderheid op nieuw het oog slaan, op den Pruissischen Vorst en deszelfs Leger, daar men zich zyne voorige Krygstogten en krygskundige inrigtingen herinnert. De groote rol door dien Vorst gespeeld, en zyne byzondere oplettendheid op het krygsweezen, maakt dit onderwerp bovenal leevendig; en uit dien hoofde mag men verwagten, dat eene Beschryving van die natuur, als in den bovenstaanden tytel gemeld is, veelen niet ongevallig zal zyn. Men vindt in dezelve eene beknopte afschetzing van 's Vorsten gewoonen leevenstrein, en zyne heerschende neiging voor het Krygskundige; benevens een kort verhaal van deeze en geene byzondere voorvallen, die zyn character ten duidelykste toonen. Verder is de beschryving wel inzonderheid ingerigt, om een verslag te geeven, van zyne krygskundige schikkingen, zo in de Steden als in 't Veld, zo in Vrede als Oorlog, met nevensgaande aanmerkingen over dezelven, ter aanduidinge van het zwakke en het sterke der Staat- en Krygskundige gesteldheid van het Pruissische Leger. Het een en 't ander behelst verscheiden byzonderheden, welker kennis of aangenaam of nuttig zyn kan; en de Schryver drukt zig, vooral ten aanzien van het Krygskundige, uit, als een Man van ervarenis.