heeft men eerder daer in te zoeken, dat dezelve zo overeenkomstig zy met de Leerstellingen van den beroemden Calvinus; als af te nemen is uit 't geen ons die Voorreden meld. ‘Boven dit alles, (zegt de Eerwaerde Barueth, onder de aenpryzing van dit Werk,) is dit Catechetisch Werk seer regtzinnig, waarom ik het desen Tytel gegeven heb. Niet alleen dat het in alles eenstemmig is met de Symbolische Boeken en Formulieren van Eenigheid van Neerlands Kerke, maar ook vasthoudende aan de oude begrippen van de eerste Reformateurs of Kerkhervormers, byzonder die van onsen Groten calvinus, als, onder anderen, blykt in de leere van 't Saligmakend Geloof. Zondag VII. In de leere van de Heilige Sacramenten. Zondag XXV-XXX. en elders meer. Reden, waarom dat kostelyk Boek van dien Vermaarden Man, het Onderwys in de Christelyke Religie genaamd, soo dikwerf hier word aangehaald.’ - Tot nog toe zyn wy van gedachten geweest, dat de Leer, voorgesteld in de Symbolische Boeken en Formulieren van Eenigheid van Neerlands Kerke, de oude Leer was van de eerste Kerkhervormers, en bysonder die van onsen Groten calvinus; dan uit deze onderlcheiden manier van voorstelling, daer zulks als ene uitstekende aenpryzing voorkomt, beginnen we nu te denken, dat wy, (zo zyn Eerwaerde gelyk heeft,) hier in enigermate misgetast hebben. Het gezegde van zyn Eerwaerden toch sluit in, dat men eenstemmig kan zyn, met de bovengenoemde Leerschriften, zonder zich echter vast te houden aen die oude bedoelde begrippen; en dat men, dit laetste, benevens het eerste doende, by uitstek rechtzinnig is. Dit herinnert ons etlyke Schriften, voor enige jaren, geschreven door zulken, die veel op hadden met hunne byzondere eenstemmigheid met
Calvinus, die gedurig spraken van de Oude Regtzinnigheid, en ene Regtzinnige Calviniaansche Societeit schenen op te willen richten. Zo de Eerwaerde Barueth denzulken op nieuw in de hand wilde werken, en met dat byzonder inzicht deze regtzinnige verklaring, uit een Latynsch Handschrift, in 't Nederduitsch gemeen gemaekt heest, zulks blyft ter zyner verantwoordinge; en kan niet op rekening van den oorspronglyken Schryver gesteld worden. Wat hier van ook zy, Neerlands Kerkleeraren kunnen zich inmiddels vry gerust stellen, dat het, volgens de vastgestelde Leer van Neerlands Kerk, wel bestendig stand zal houden, dat iemand Regtzinnig geoordeeld zal worden, indien hy eenstemmig zy met de Symbolische Boeken en Formulieren van Eenigheid van Neerlands Kerk; zonder dat hy zich juist vasthoude aen de oude begrippen der eerste Kerk-