Bundel van Wiskundige Uitspanningen, uit eenige Hoogduitsche Autbeuren by een verzameld, en vertaald door Jacob Oostwoud, Mathematicus te Oostzaandam, en Lid van de Societeit der Mathematische Wetenschappen te Hamburg. Te Purmerende by Pieter Jordaan, in gr. 8vo.
IN deezen Bundel heeft de nyvre Wiskundige Oostwoud, ten gevalle van den Nederduitschen Leezer, by een gebragt een zevental van Hoogduitsche Schriften, opgesteld door beroemde Wiskundigen. Hy heeft in zyne verkiezing en schikking bedoeld, zodanig eene Verzameling te maaken, dat men dezelve eenigzins mogte aanmerken, als een volledig Samenstel van de eerste en algemeene beginzelen der Algebra of Stelkunde; waaraan dezelve ook zeer wel beantwoordt; des zy, die zig in 't beoefenen deezer edele en overnuttige Weetenschap vaste gronden wenschen te leggen, en begeerig zyn, om zig die rekenwyze eigen te maaken, zig met veel vrugts van deeze Verzameling kunnen bedienen. - Het eerste Stukje van den Leermeester der Mathesis te Aken, Joseph Crummel, toont ons, door eene reeks van voorbeelden, het nut der Algebra in alle weetenschappen, om een ieder tot derzelver beoefening aan te zetten. Eene daar op volgende Aanleiding tot de Algebra, geschreeven door Gerlof Hiddinga, ontvouwt den Leerling, beknopt en duidelyk, de grondbeginzelen deezer Kunste, en leert hem tevens het gebruik der algemeene Algebraïsche Regelen; zo dat hy daardoor bekwaam gemaakt worde, tot eene verdere beoesening van de Algebra. Ter verkryginge van meerdere vaardigheid hier in, of om zig die kundigheden en regels te dieper in te prenten, is van dienst, een derde daarmede verknogt Geschrist van dienzelfden Autheur, behelzende eene drieledige verzameling van Algebraïsche Voorstellen; welken ieder een honderdtal van Voorstellen leveren, die geschikt zyn naar de vatbaarheid van zulken, welken zig eerst op deeze Kunst toeleggen, en door derzelver bewerking hunne bekwaamheid tragten te vermeerderen. Heeft iemant lust, om daarin verder voort te gaan, en zig in veelerleie soorten van Rekenkundige Voorstellen te oefenen, hy kan 'er overvloedige gelegenheid toe vinden, in de drie daer op volgende Stukjes van den Hamburgschen
Mathematicus Heinrich Meisner; en de daernevensgevoegde, of in 't zevende en laatste Stukje geplaatste, Voorstellen van Brandanus Detri. In deeze vier opgenoemde Stukjes ontmoet men nog ongeveer 650, zo Arithmetische als Geometrische en Algebraïsche Voor-