Geschiedenis van het Werk der Verlossing: behelzende de Schetzen van een Zamenstel van Godgeleerdheid, in eene geheel nieuwe orde; door wylen den Wel Eerw. en zeer Gel. Heer J. Edwards, President van het College van New Jersey. Uit het Engelsch vertaald, door E. Nooteboom. Eerste Stuk. Te Utrecht by A. v. Paddenburg 1776. Behalven het Voorwerk 391 bladz. in gr. octavo.
BY 't opstellen van dit Werk bedoelde de Eerwaerde Edwards, door ene Godgeleerde Geschiedkundige ontvouwing te toonen, hoe de voornaemste gebeurtenissen, zedert 's Menschen Val, tot op heden, gediend hebben, en nog dienen, ter bevorderinge van het Werk der Verlossinge; mitsgaders verder na te gaen, hoe 't zelve, naer uitwyzen van 't Prophetisch Woord, tot op het afloopen der eeuwen, allengskens volkomen uitgevoerd zal worden. Zyne hoofdleerstelling, volgens dit oogmerk, is deze. - Het werk der Verlossing is een werk, dat God, van den val des menschen, tot het einde der weereld uitvoert. Om nu te toonen hoe God dit, in deszelfs verscheide trappen, ter uitvoeringe brenge, verdeelt hy, gelyk hy schryft, dit geheele Tydvak in drie Perioden. - ‘De eerste strekt zig uit, van den val des menschen tot de menschwording van Christus: de tweede, van de menschwording van Christus tot op zyne opstanding, en de derde van daar tot het einde van de weereld;’ welke laetste Periode dan twee ondergeschikte voorname tydperken vervat: die ons aenwyzen het vruchtgevolg van 't werk der Verlossinge, (1) ‘in den lydenden staat der Kerk van de opstanding van Christus tot den val van den Antichrist: en (2.) deszelfs vruchtvolg geduurende het overige grootste gedeelte van die Periode, waarin de Christen Kerk voorspoed en vreede genieten zal.’ - In de ontvouwing hier van stelt hy zich voor te doen zien. ‘I. Dat God van den val des menschen af tot op de menschwording van Christus toe zulke dingen gedaan heeft, welke dienden ter voorbereiding tot de komst van Christus, en de uitwerking dier verlossing, zynde als voorloopers en onderpanden daar van. II. Dat de tyd van Christus menschwording tot op zyne opstanding is besteed geworden, tot de uitwerking en verwerving der verlossing. III. Dat de geheele
tyd van de opstanding van Christus af, tot op het einde der weereld, dient ter daarstelling of vol-