Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1776

Waarneeming aangaande een kind, zonder eenig teken van leven in de waereld gekoomen, en op eene eenvoudige en gemakkelyke wyze weder bygebragt; door M. Lavalée, Chirurgyn &c.

(Journal de Medecine. Tome XLV.)

IK werd den 23 October 1775, 's avonds ten negen uuren, geroepen, om de Vrouw te verlossen van een zeker Gaunnon, een Werkman te Chauconnin, een Dorp een klein half uur van Meaux geleegen. Deeze Vrouw had van des morgens af zeer hevige pynen doorgestaan: dezelve waren met kramp, en verstyvingen in de Dyen en Beenen vergezeld; waarby somtyds stuiptrekkingen kwamen, die het geheel zenuwgestel aandeeden. De arbeid was zeer moeylyk, en ze werd niet voor den volgenden dag, tusschen twee en drie uuren in den namiddag, verlost. 't Kind was zeer groot en zwaar, voornamentlyk van hoofd, 't welk zich 't eerst opdeed. 't Zelve kwam in de Waereld zonder eenige beweeging, bleek, en ten naasten by zonder eenige natuurlyke warmte; de Spieren van de onderste en benedenste ledemaaten waren zonder eenige werking, of beweeging. Na het den Doop te hebben toegediend, tragtte ik met alle vlyt 't zelve weder by 't leeven te brengen. Myne gissing was, dat de staat waarin ik het Kind nu vond, veroorzaakt werd

[p. 498]

door de drukking, welke de Navelstreng, die twee a drie keeren rondom den hals van 't Kind gedraaid was, gemaakt hadt op de halsaderen, (Venae Jugulares). Dit konde mede ontstaan zyn door de drukking en rekking, aan het hoofd van 't Kind, eenige oogenblikken vóór de verlossing, gedaan; niettegenstaande alle de voorzorgen, die ik in staat was in deeze omstandigheden te neemen. - Ik nam daarop het voorneemen van eenig bloed te laaten loopen, uit de afgesneeden Streng. Op de eerste lepel vol die 'er uit geloopen was, werd de beweeging van 't hart door het gevoel ontdekt, en met de ontlasting van de tweede, begon 't Kind te geeuwen, en 't lighaam veranderde van een bleek in een blaauwe paarsachtige kleur. Ik ging voort met eenige lepelen bloeds te laaten uitvloeijen, en bloes 't zelve, door myn mond, op die van 't Kind te plaatzen, een weinig luchts in de Longen. Aanstonds kwam 'er uit de neus loopen een schuimige slym, die bruin van kleur was. By deeze hulpmiddelen voegde ik zagte wryvingen, met warmen wyn, ter plaatze van 't hart, de borst en den onderbuik, en hield daarmede ten naasten by een uur aan. Deeze wryving wekte, schoon langzaam, de levenskrachten van 't Kind weder op, 't welk eindelyk, na verscheide maalen gegeenwd te hebben, begon te schreeuwen: de huid kreeg weder zyn natuurlyke kleur, en, ten einde van twéé uuren, was 't zelve in staat, om de borst van de Minne, die het dezelve aanbood, te neemen. Tegenswoordig is het Kind zeer welvaarende. Dit is niet de eerste reis, dat ik van deeze middelen gebruik gemaakt hebbe; ik had van dezelve reeds een gelukkig gevolg gezien in twee Kinderen, waarvan ik de Vrouw van een Kleermaaker te Meaux, wiens naam was Dulin, verlost had: deeze Vrouw had reets twee maalen gekraamd, en haare Kinderen waren zonder eenige beweeging ter Waereld gekoomen; men hield ze voor dood, zonder eenige middelen aan te wenden: die Kinderen, daar ik haar van verlost had, gaven geen meerdere blyken van leeven in de Waereld komende, dan de gemelde; doch door 't aanwenden van de middelen hier vooren gemeld, bragt ik ze wederom by.