Relation ou Journal d'un Officier François, au service de la Confederation en Pologne, pris par les Russes & relegué en Sibérie. Amsterdam au depens de la Compagnie 1776. Sans la Preface 286 pp. in octavo.
MEn kan uit dit Verhaal van een Fransch Officier, in dienst der Poolsche Geconsedereerden, door de Russen gevangen, en naar Siberie verzonden, opmaaken, dat het Russische Krygsweezen over 't algemeen, en byzonder ten opzígte der Krygsgevangenen, nog zeer ver van beschaasd is. Alomme bespeurt men desaangaande nog de overblyfzels der oude woestheid; daar onmenschlyke wreedheid, schreenwende onregtvaardigheid en smaadlyke behandelingen 'er veelal in heerschen. Naar uitwyzen van dit verhaal, nopens het geen deeze Officier in eigen persoon ondervonden, aan anderen gezien, en uit veeler berigten opgemaakt heest, klimt zulks tot den hoogsten trap. Intusschen is dit egter, gelyk hy aanduidt, niet toe te schryven, aan gebrek van regtmaatige bevelen van haare Keizerlyke Majesteit, (waar van hy integendeel met lof spreekt,) maar aan de nog overblyvende woestheid der Natie, en de wyduitgestrektheid van het Ryk, die de behootlyke uitvoering haarer Wetten belemmert. Dit gaat, volgens 't geen hy meldt, by veelen zo ver, dat het onder hen een gemeen spreekwoord zy: God is boog; de Keizerin is ver af; wy maaken de Wetten. Ook heest deeze Officier, naar luid der Voorreden, dit Geschrift wel byzonder opgesteld, met dat oogmerk om zulks by 't Russische Hof te meer bekend te maaken, of 't ook eemgermaate konde strekken om hier in beter te voorzien; waartoe hy hier en daar, byzonder met opzigt tot Siberie, mede eenige middels aan de hand geest. - Wyders is het verhaal zyner lotgevallen, staande zynen dienst onder de Poolen, gevangenneeming, verzending naar, verblyf in, vertrek uit Siberie, en te rug komst te Warschouw, doormengd met verscheiden berigten van de verschillende Volken, die 't wyduitgestrekte Russische Ryk bewoonen, of daar aan grenzen; 't zy ze den Russen min of meer onderworpen, daar mede verbonden, of tegen derzelver
overheersching op hunne hoede zyn. Daar toe behoort ook een bygevoegd uittreksel uit een ander Reisverhaal naar Siberte, waar uit hy niet anders dan de korte beschryving der Volkeren, die aan dat Gewest grenzen, heeft mogen overneemen; welke zeer wel aan zyne eigene berigten beantwoordt; en eenstemmig met zyn gezegde bevestigt, dat men zig niet sterk kan verlaaten op de berigten, welken de Heer de Voltaire en de Abt Chappe de haute Roche ons desaangaande medegedeeld hebben. Wat hier van ook zy, men kan gereedlyk begrypen dat 'er nog al eenige tyd vereischt zal worden, eer men alleszins voldoende betig-