De toepassing van de Leer der Proportien op de platte Meetkunde, zoo als zulks in het zesde Boek van euclides geleerd word, is het volgende onderwerp, dat den jongen Meetkunstenaar voorgedraagen word; eerst, voor zoo verre zulks betrekking heeft tot de zyden van de gelykvormige figuuren, en dan tot de oppervlaktens derzelver, enz.
In het verhandelen van dit onderwerp, hebbe ik myne voorige Leertrant, die tot hier toe Synthetisch of zamenstellende is, in eene Analytische of ontbindende Leerwyze verandert, niet alleen om dat de voorgaande Leer der Proportien daar toe aameiding geeft, en de betoogingen veel verkort; maar voornaamenlyk om aan de Eertsbeginnende te doen zien, hoe voortreffelyk deeze leerwyze is, en met hoe weinig moeite men eene groote menigte aaneengeschakelde waarheden, als door eene enkele Pennetrek, tefsens kan bewyzen: die aan den Leerling weinig of geen moeite kosten, om na te gaan en te begrypen.
De rechtlynige platte Meetkunde, volgens den inhoud van de zes eerste Boeken van euclides aldus afgehandeld zynde, is het overige van 't eerste Deel van dit Werk geschikt, om over de Meetkunde der Lighaamen te spreeken; even gelyk zulks in het elsde en twaalfde Boek van euclides gedaan word.
De eigenschappen der platte Vlaktens, zoo onderling als met betrekking tot rechte lynen, op, en aan dezelve getoogen, is het onderwerp van de eerste onderdeeling: daar de volgende geschikt zyn, om te handelen, van de eigenschappen der kantzuilen, naaldens enz. wanneer die op een zekere manier gesneeden worden; van het berekenen der oppervlaktens en den inhoud dier lichaamen; van hunne onderlinge betrekking, het zy die lighaamen dezelfde hoogte of dezelfde grondvlaktens hebben, het zy dat ze gelykvormig aan elkander zyn.’
De Beschouwende Meetkunde dus geheel in het eerste Deel afgehandeld zynde, is het tweede Deel geschikt, voor het Werkdaadige dier Weeteaschap; waar van wy met deszelfs uitgave nader verslag zullen geeven.