tevreden. Daar Uilenspiegel in dat huis overnachtte, raakte hij met de waardin in gesprek en vertelde haar, hoe hij oude pelsen als nieuw wasschen konde; dit stond de waardin zeer wel aan. Zij verzocht hem den volgenden morgen hare pels te wasschen, en ging hare geburinnen dat goede nieuws vertellen. De vrouwen bragten hare pelsen bijeen en Uilenspiegel eischte melk; ieder die lust had hare pels weder nieuw te zien, bragt melk aan; men vulde twee groote ketels, die over het vuur werden gehangen en waarin Uilenspiegel alle pelsen stopte.
Toen hij nu meende, dat de pelsen genoeg gekookt hadden, zeide Uilenspiegel: ‘nu moet ik geschild linden hout hebben om de pelsen mede af te wasschen.’ De vrouwen gingen gewillig naar het bosch, en terwijl zij daar met hare kinderen hout verzamelden liep Uilenspiegel weg.
Toen nu de vrouwen met hout beladen terug kwamen en het hevig oneens waren, welke pels men het eerst uit den ketel zoude halen, be-