KortVerhaal. Jaargang 31(2010)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 151] [p. 151] Schaakmat? Wraak zat! Paul van den Hout Wraak is een neteliger zaak dan ik, naief, veronderstelde: ‘Mijn wraak zal zoet zijn,’ hoor je vaak; ‘Mijn wraak zal wrang zijn,’ weer heel zelden. Waar gaat het nu om, om de smaak of het uiteindelijk vergelden? Niet dat ik mij daar druk om maak: ik hou wel van een potje schelden en, als ik goed op toeren raak, wat meppen op de toegesnelden. Ik ram er één vol op z'n kaak en, als er zich nóg een komt melden, gaat-ie, niet snugger van zo'n snaak, gestrekt naast die al uitgetelde. Alsof ik naar die geintjes haak, 't is iets voor heroïnehelden! Ik mat haast nooit, tenzij ik schaak, want op die vierenzestig velden vind ik mijn allerzoetste wraak, als ik met een sluw uitgestelde rokade wéér een stelling kraak. (Zo maak ik mijn talent te gelde, we spelen immers om een knaak.) En vragen ze om een revanche, gun ik ze niet het kleinste kansje! Zo haal ik, grimmig, graag mijn gram: bij schaken (nee, ik speel géén dam) moet je van vuur en vechtlust bláken - het is en blijft het spel der wrake. Tja, de moraal van dit verhaal is, vrees ik, tamelijk banaal: de mooiste wraak verschaft de denksport, waarin geen mens één haar gekrenkt wordt. Vorige Volgende