De Tweede Ronde. Jaargang 29

[p. 71]

Drie gedichten
Kees Jiskoot

Iguals sí, diferents també
(Devies op gemengde school in Barcelona)

Gelijk? Jawel,
Divers? Ook dat:
Van haar, van vel
en bakermat.

Het plein is bont
met grut bestrooid,
het scheeuwt, rent rond,
krioelt en klooit.

Divers, gelijk...
een kleurig zicht.
Gods koninkrijk
op aard wellicht?

Nou nee, net niet;
een schop... gekrijs...
geween... verdriet... -
Wég paradijs!

Scherpe tongen

Ik snak in Catalonië
naar huis, naar autochtonië.
Wat doet mijn taal me thuis toch schoon aan!
Hier sláát men toch een allochtoon aan!

[p. 72]

Volkslied - Voor bij de afwas

De spelers van Oraengien
staan luid, in het gelid,
den Coninck van Hispaengien
te eehren in Madrid.
Maar als die knapen spelen
op Barça's groene mat,
dan sparen zij hun kelen
en brabbelen maar wat.

Wat willen Catalanen?
Een eigen republiek.
De vorst der Castiljanen
is hun niet sympathiek.
Dus Juan Carlos prijzen,
ghetrouw tot inden doet -
begrijpelijkerwijze
valt zulks daar minder goed.

Kunt u de lust tot zingen
in Catalanenland
met geen geweld bedwingen,
gebruik dan uw verstand.
Verzwijg de vorst van Spanje
en zing in plaats daarvan:
- Den Coninck van Oranje
zij ere, Don Johán.

Ze noemen Cruijff daarginder
de kleine broer van God,
Beroemd als coach, niet minder
als meester van het schot. -
In 't Madrileense Prado
ontbreekt zijn beeld nog, maar
en un momento dado
Prijkt hullie god ook daar.