De Tweede Ronde. Jaargang 24(2003)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 106] [p. 106] Twee gedichten Drs. P [1] Het was zo'n ideële zaterdag (U weet wel - als er wordt gedemonstreerd Met teksten en beschilderde gezichten) Toen op de Dam iets waar te nemen viel - Een innerlijk bewogen mensenzee Wat zeggen wil: gedrang, lawaai en rommel En ongenoegen over 't staatsbestel Want anders is de actie niet geslaagd Ik was er niet - laat staan als demonstrant - Maar kon 't verloop wel gissen ongeveer: De camera's, bediend met overleg De interviews - hoe aangenaam, te weten Dat men in het journaal verschijnen kon Kortom, een onvergetelijk geheel (Tot nader order kregen ze misschien Geen mooier kans om zich massaal te uiten): De eerste echte oorlog van de eeuw! Ik zat behaaglijk in de Rode Leeuw Voorzien van koffie, en ik keek naar buiten Daar waren vredelievenden te zien In groepjes, soms ook individueel Zich voortbewegend naar 't Centraal Station Om tijdig thuis te zijn voor 't avondeten In Haarlem, Utrecht of nog verder weg Ze waren nu niet zo luidruchtig meer Maar zo te zien nog tegen Bush gekant Ineens was Hare Krishna opgedaagd - In omgekeerde richting evenwel - Met Hindoestaans gehuppel en getrommel (Dat maffe belletje deed ook weer mee) Veel minder talrijk, minstens zo futiel Daarna kon ik mijn schreden huiswaarts richten Terwijl de status quo was weergekeerd En op de grond veel propaganda lag [pagina 107] [p. 107] [2] Mijn tongval is niet zangerig of sappig Mijn stemtechniek geenszins fenomenaal Gelukkig zijn mijn teksten soms wel grappig Maar wat ik nu vertel is wetenschappig En nuttig voor de Nederlandse taal Wanneer het schemert, is het schemerachtig Hier hebben wij een logisch adjectief Een reus wordt dus omschreven als reusachtig P.r. is echter lang niet altijd prachtig En passie is gewoonlijk niet passief We noemen hem die zich verbijt verbeten De classicus heet uiteraard klassiek Doch wie zich iets verwijt is niet verweten (Al is dan iemand die zich splijt gespleten) De chemicus is evenmin chemiek Wie rode wangen heeft, die is roodwangig Van porie komt het adjectief poreus En wat men aan wil hangen is aanhangig Maar hij die iets ontvangt is niet ontvangeg Historie maakt een feit niet historeus Men zegt van een malloot: ‘Hij is mallotig’ Een crocus wordt daarmee nog niet croquant Al even laakbaar is de term ‘neurotig’ En nog iets anders lijkt me onomstotig: Wie koel is, mag niet doorgaan voor coulant [pagina 108] [p. 108] Een meisje dat bekoort is dus bekoorlijk Soldaten zijn, als 't goed is, soldatesk Maar spreken van verstoorders als ‘verstoorlijk’ Is gek, om niet te zeggen buitenspoorlijk Noem voorts een Arabier nooit arabesk Wat economen doen is economisch Arbiters, vrees ik, zijn vaak arbitrair En Theo Koomen stond bekend als komisch Neen, appelbomen zijn niet appelbomisch En liters van geen kanten literair Ja, bij Homerus lachte men homerisch Genieten doet men ook wel genitaal Wat Venus brengt, helaas, is soms venerisch Mysteriën nochtans zijn niet mysterisch En oren zijn, geloof me, niet oraal U vond het, naar ik hoop, niet overdreven Dat ik u dit college heb gegeft Het heeft de Nederlandse taal betreven Dat hebben wij nu allemaal beseven En hiermee wordt de zitting opgeheft Vorige Volgende