De Tweede Ronde. Jaargang 23(2002)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 51] [p. 51] Twee gedichten Lou Vleugelhof Oeverloos Aan de overkant onzichtbaar land, elke morgen geboren uit mist, een denkbare schaduw die verschuift, een woord tussen gedachtenstreepjes. Ik zou een brug willen bouwen, niet om over te gaan, maar om het bouwen van spanten en peilers en spanning en om er onderdoor te varen, oeverloos tussen de oevers te blijven, in de verste verte geen licht, alleen een brug die hangt in de mist. Mijn kleine drenkplaats De navel van de aarde, een kleine drenkplaats in mijn achtertuin. Merels en mussen reinigen er hun veren en strooien smaragden over hun staartpen en vleugels. Als wasvrouwen aan de waterbron staan ze het lopende nieuws toe te lichten. Soms verdringen ze elkaar en kwetteren onzin en roddel in elkaars veren, pikken elkaar bijna het licht uit de ogen, maar later staan ze weer parelend zich te verzoenen in de navel van de aarde, mijn kleine drenkplaats. Vorige Volgende