De Tweede Ronde. Jaargang 18(1997)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 76] [p. 76] Twee gedichten Gé van den Bovenkamp Ad mortem Waarom dicht men zo weinig over gras? Is het geen schande - zo u wilt een zonde - dat dit juweel van kwelder en rotonde nooit leidt tot poëzie en vanitas? Zelf kan ik ieder uur, elke seconde, sonnetten schrijven over dit gewas: de kleinste soort, en daarvan weer elk ras, verdient een eerste én een tweede ronde. Van dreps en spelt kom ik poëtisch klaar en zelfs een hanenpoot - het blijft een zwak - leidt niet tot afkeer maar tot nieuwe oden. Nog even en mijn liefste wens wordt waar: straks lig ik in mijn allerbeste pak voor altijd vlak onder de groene zoden. [pagina 77] [p. 77] Voor boer en tuinder De naam van het gewas dat wij hier eren klinkt bij de liefhebber van lemon dry's hetzelfde als in karavanserais. Ook in het Thais schijnt-ie te existeren. De plant zelf blijft door groeikracht imponeren (een nachtmerrie voor kwekers van bonsais) doch wil, hoewel verwerkt in foe yong hais, in moestuin noch prieel erg goed floreren. Beperk u daar maar tot de Edelweiss! Wat zegt u? Kun je die niet consumeren? En zijn u dit wat al te veel details? Dan stop ik nu gelijk met discussiëren. Wel wil ik voor mijn vers de Booker-prize: het is het allereerste over maïs. Vorige Volgende