De Tweede Ronde. Jaargang 16
(1995)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 96]
| |
Mama, jy weet
| |
Mamma, u weetMamma, u weet, dertig jaar
zwerf ik op de wereld rond
en de mensen vragen me:
waar kom jij vandaan?
Dan zeg ik altijd raden?
Maar niemand raadt het ooit goed.
Want ‘Ich bin ein Afrikaner!’
‘I am an Afrikaner!’
Hoogvlieger of total loss
ik blijf een Afrikaner!
Ik ben voor een deel Karoo, en een stukje Bosveld
een beetje Bolands voor Cultuur,
een pietsje Bloubul voor de sport
en Vrijstaat voor de smaak
al is die niet altijd raak...
| |
[pagina 97]
| |
[Afrikaans]Ek wemmel en krioel van pypies
en vygies en madeliefies,
maar soms net verplant, doringboom,
dikwortel...
Rolletjie, pap en wors.
Ek staan muishond-sterk en virus-trots
en kyk die wêreld in die bebloede oog
en lag!
Lag ha ha ha ha ha!
Oor die trane en die pyn,
want ek is mos 'n Afrikaner
en pyn kan verdwyn...
Ek lewe my volk se verhaal.
My naam is Aandster en Môreson.
My van is Potjiekos en Mampoer.Ga naar eind*
My adres is Drakensberg, Wildtuin, Kalahari,
Trapsoetjies, Fontyntjiesvallei.
Ek is Oranjerivier-lank!
My gewig is Duiwelspiek-swaar!
My oë Blouberg-grys;
My hare Goudstad-Geel.*
My vel Verwoerdburg-wit...
| |
[Nederlands]Ik wemel en krioel van pijpjes
en vijgjes en madeliefjes
maar soms ben ik alleen maar vetplant, doornboom
dikwortel...
Rolletje, pap en worst.
Ik sta muishond-sterk en virus-trots
ik kijk de wereld in het bebloede oog
en lach!
Lach ha ha ha ha ha!
Over de tranen en de pijn,
want ik ben toch een Afrikaner
en pijn kan verdwijnen...
Ik leef het verhaal van mijn volk
Mijn naam is Avondster en Morgenzon
Mijn achternaam is Potjiekos en Mampoer
Mijn adres is Drakensberg, Wildtuin, Kalahari,
Trapsoetjies, Fontyntjesvallei.
Ik ben zo lang als de Oranjerivier!
Zo zwaar als de Duivelspiek!
Mijn ogen zijn Blauwberg-grijs;
mijn haren Goudstad-geel.
Mijn huid is Verwoerdburg-blank...
| |
[pagina 98]
| |
[Afrikaans]Stokperdjies?
Lekker lag en leef in louter liefde
vir medemens,
liefde vir naaste,
liefde vir almal,
want ek is mos 'n Afrikaner!
Oor halfpad deur my lewe,
met 'n verroeste ysterkruis om my nek,
en 'n ou ou ou kragwoord
vrot van gebruik in my mond:
Jammer.
Jammer?
Jammer!
Ek is jammer!
Want ‘Ich bin, du bist, er sie er ist’ 'n Afrikaner.
Ek was.
Ek het verdwaal.
Ek het nie ge weet wat gebeur nie.
Ek is jammer, Mama...
ek is jammer...
| |
[Nederlands]Stokpaardjes?
Lekker lachen en leven in louter liefde
voor de medemens
liefde voor de naaste,
liefde voor iedereen,
want ik ben toch een Afrikaner!
Halverwege mijn leven,
met een verroest IJzerenkruis om mijn nek,
en een oude oude oude krachtterm
die in mijn mond bestorven ligt:
Sorry.
Sorry?
Sorry!
Het spijt me echt heel erg.
Want ‘ich bin, du bist, er sie es ist’ ein Afrikaner.
Of was.
Ik ben verdwaald.
Ik wist niet wat er gebeurde.
Sorry, Mamma...
het spijt me...
|
|