De Tweede Ronde. Jaargang 9(1988)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 47] [p. 47] Twee zeegedichten Georgine Sanders Aangespoeld Stro en wrakhout geven aan tot waar de golfslag komt, op het hoogst. Smal strand, baai van de oceaan, een kleine akker die de oogst, door eb en vloed gezaaid, verdeelt tussen wat drijft en wat te zwaar is dus moet voortgeduwd, gesleept, en achterblijft. Voorlopig maar. Vogels pikken langs de rand van het water levend zeegewas. Het drooggelopen niemandsland biedt afval, schelp en schaal, en glas. Strandglas, als een woord geschuurd door het gebruik, kent zee en zand. Het ligt, genadige natuur, als een herinnering in mijn hand. Brooklyn, juni-juli 1988 [pagina 48] [p. 48] Monochroom Verminderd landschap dat zich voegt naar winterstormen, waar, verdord en dun begroeid, het duin genoeg houvast geeft tot het kalmer wordt. De schemering valt vroeg. Nat strand, in schaduwloze weerschijn, licht de schelpen krijtwit op in het zand, laat zwart wat langs het water ligt. Ik weet wel, voor de luwe kant, van groen dat opkomt in dood gras, van schuwe krabben op dras land, en knoppen aan het struikgewas. Ik zoek de zeekant van het duin, éénkleurig landschap waar niets leeft dan verre vogels in het ruim verschiet dat lucht en water geeft. Brooklyn, maart-mei 1988 Vorige Volgende