De Tweede Ronde. Jaargang 9(1988)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 50] [p. 50] Vier gedichten Lou Vleugelhof Krulwilg Met zoveel gekrulde zinnen slaat hij kromtaal uit, staat hij onbegrepen langs een rechtlijnig trottoir. Passanten willen niet zien dat hij de wereld versiert, horen niet dat het prevelt door het kromhout als hij bidt. Met onnavolgbare krulletters maakt hij in rondschrift gerucht dat de ronde doet; alleen dwergen en bultenaars, dichters en andere krompraters nemen zijn omhaal ernstig. [pagina 51] [p. 51] Slachtbiggen Wachtend voor rood schuiven ze naast me met hoge ruziestemmen. Ze voeren een familiedrama op zachtrose geschminkt aandoenlijk bloot onderweg naar dood. Het zijn kinderen op schoolreis buiten zichzelf en nerveus, annexeren een staanplaats op een meedogenloze rivaal. Ze snuiven begerig naar vrijheid tussen het latwerk, hun snuiten gerimpeld van schrik blazen als kleine trompetten. Ze roepen luidkeels de staat van beleg uit. In ademnood raken zij aan de dood, wachtend voor rood. [pagina 52] [p. 52] Composthoop Tegen de ingekuilde sterfte komen de regenwormen op gang, ze ontvouwen ondergrondse stelsels van levensdrift, ontstoken aan de dood ontloken aan de ziel van ingeslapen planten. Alleen de klaproos brengt verslag uit in het voorjaar van een veldslag die gewoed heeft alsof het bloed er rijkelijk heeft gevloeid. Tan Joung Tan Joung is 64 jaar, zijn vader werd als mandarijn gehangen aan de pruimelaar op het voorjaarstempelplein. Sinds dat verre schrikkeljaar schildert Tan Joung tot eigen welzijn bloesems aan de pruimelaar verbijsterend haarfijn. Vorige Volgende