De Tweede Ronde. Jaargang 8(1987)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 56] [p. 56] Twee gedichten Georgine Sanders Phoenix Een vogelspoor dat, zwart op wit, beschrijft - in dunne tekens die onleesbaar zijn - wat moest vergaan maar wat toch staande blijft. Jij kent de dingen die voor eeuwig zijn. Het raken, vederlicht, dat vorm herhaalt - als in het zand, want tijd wordt eb en vloed - toch afdruk laat die nieuwe vorm bepaalt. Jij schept opnieuw wat waarlijk was en goed. Ik zie de vogel, mager uitgegroeid, het hoofd gebogen en het oog gericht, die vist en vangt en voortstapt, ongemoeid, en wiekend opvliegt in het trillend licht. Mij werd het strand, vanwaar wij samen zien hoe deze baai ons weer een wereld schijnt, een spiegelbeeld van wat ons bindt, misschien onschendbaar wanneer dit verdwijnt. Brooklyn, zomer 1986 - zomer 1987 [pagina 57] [p. 57] Brooklyn Botanic Garden De zomer komt met rozen, massa's kleur die men als hete zon moet ondergaan. Een kijkspel, onvolledig zonder geur, dat wrevel laat; belofte, onvoldaan. In het duin ruikt nu de eendagsroos zo zoet, dat hommels werken aan haar vruchtbaarheid, die zwelt en bloost, als dichte knop nog moet ontluiken, (levensloop voor eeuwigheid). Tot aan het einde van het heet seizoen. Geen overdaad meer, maar de stamroos draagt aan elke steel nog één volmaakte bloem die, tot zij sterven zal, de herfst vertraagt. Rozen, hoe verstoren zij de zinnen! Daar blijft de band die het verleden geeft: door haar die donkerrode zo beminde, om hem, die door verwelkte nog herleeft. Brooklyn, juli-sept. 1987 Vorige Volgende