De Tweede Ronde. Jaargang 5(1984)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 73] [p. 73] Twee gedichten Ron de Zeeuw Augustus De zoom van het bos draagt ons als kinderen slaapdronken in de armen van een vader, tussen de bomen doen vleermuizen zich aan onze gefluisterde woorden tegoed. Wij zien dat op de weide een leger staat, hooischelven en roerloze dieren: hun schaduwen groeien af van de zon die ondergaat. Elke soldaat tot de vijand in een vaste baan en een schim voert hen van boven af heimelijk aan. De aarde neemt ons in de warme kom van haar hand, de kussen smaken koel en naar bladeren en het duister raakt nooit verzadigd van de geheimen die het oproept. [pagina 74] [p. 74] Ode aan de stoomtreinen Soms doet een trein uit het verleden, waarvoor geen stations meer bestaan, onze dromen aan. Wij komen dan samen tussen de wolken die langs de ramen gleden. Alle steden zijn weer te bereiken naar het Oosten: Breslau, Koningsbergen, Posen. Het gras gaat liggen voor de majesteit en bloemen proberen onze handen te ontwijken. ...Tot de rails zich in een stad verspreiden voor een rivier van rook en dampen waarin vele treinen waden als dieren uit voorwereldlijke tijden. En op een brug over die droom, op de grens van de herinnering, staat iemand als een geest uit een fles, half wolk, half mens, met zijn benen in stoom. Vorige Volgende