| |
| |
| |
Light Verse
| |
| |
T de Grote
W.H. Auden
(Vertaling Peter Verstegen)
Verwekt als andere kinderen stond
Hij bij zijn stam als T bekend;
Geen had nog van die naam gehoord,
Dus niemand huiverde ervoor.
Toen, op een dag (juist aangebroken),
Was 't ochtendrood gehuld in rook, en
Een in galop vluchtende horde
Riep: ‘Berg je! T komt ons vermoorden!’
Nog lange tijd was de naam T
Genoeg om er het vraagstuk mee
Te stellen (Wie kan het negeren?):
Kan dit, als God bestaat, passeren?
Voor een heel taalconglomeraat
Werd T een ander woord voor kwaad.
Zelfs de gespaarden, kwam T's naam
Ter sprake, kon je 'n kruis zien slaan.
Je zag wat hij had aangericht
Nog lang aan mensen hun gezicht.
Met een expressie van helaas erop,
En aan de steppen zonder gras erop.
(Deels heeft de grond zich nooit hersteld,
Wordt ons door reizigers gemeld.)
| |
T The Great
Begot like other children, he
Was known among bis kin as T,
A name, like those we never hear of,
Which nobody yet walked in fear of.
One morning when the West awoke,
The rising sun was veiled in smoke,
And fugitives, their horse-hooves drumming,
Cried: - ‘Death is on you! T is coming!’
For a considerable season
The name T was sufficient reason
To raise the question (Who can drop it?):
‘If God exists, why can't He stop it?’,
A synonym in a whole armful
Of languages for what is harmful.
Those, even, who had borne no loss themselves,
If T was spoken of, would cross themselves,
And after he was dead, his traces
Were visible for years - in faces
That wore expressions of alas on them,
And plains without a blade of grass on them.
(Some regions, travellers avow.
Have not recovered even now.)
| |
| |
| |
[Nederlands]
Toen 't land weer vrijer ademhaalde,
Bracht, uit het Noorden, de gestaalde
N het terug tot de werkelijkheid:
Leven met hoop is ijdelheid.
Nog voor zijn eeuwfeest viel te vieren,
Moest T zich elders inkwartieren,
Waar hij als boeman mocht fungeren
Voor duimzuigende jongeheren.
Stierf N (werd opgevolgd door S)
En toen mocht hij T's werk opknappen,
T werd verzocht om op te stappen.
Ondanks zijn hoogst infame streken
Was 't mensdom op hem uitgekeken.
(Behalve 'n enkele specialist,
Maar in zo'n Faculteitsclub is 't
Geen mos dat je een boom opzet
Die gaat boven je buurmans pet.)
T heeft voor Clio afgedaan,
Toch stuit je soms nog op de naam.
Bijvoorbeeld in een cryptogram:
11 Verticaal: roert KLEINE TROM.
| |
[Engels]
As earth was starting to breathe freely,
Out of the North, efficient, steely,
Reminding life that hope is vanity,
Came N to bring her back to sanity,
And T was pushed off to the nursery
Before his hundredth anniversary
To play the bogey-man that comes
To naughty boys who suck their thumbs.
After some military success
N died (to be replaced by S)
And took T's job as Kid Detective,
Leaving him wholly ineffective.
For all the harm, and it was quite a lot, he did,
The public could not care less what he did.
(Some scholar cares, we may presume,
But in a Senior Common Room
It is unpopular to throw about
Matten your colleagues do not know about.)
Though T cannot win Clio's cup again,
From time to time the name crops up again,
E.g., as a crossword anagram:
|
|