De Tweede Ronde. Jaargang 3(1982)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 36] [p. 36] Vier gedichten Cees van Hoore Vondst Geen oude ragebol, verbleekt en zonder steel maar een egel ligt hier op het grint. Zijn neus de halve kers van een verjaardagstaart. Haast net zo koddig als het exemplaar dat ik stuksloeg in 't geheim; daar gingen stuivers in. Hij huivert in een windstoot zet plotseling zijn stekels op. Of zijn verweer pas in de dood begint. Roggeveld Zonder schade aan te richten is het geweld voorbijgetrokken. Bij dreigen bleef het, bij een grillig windspoor in de rogge. Onder volle halmen scharrelt een vogel rond. Branie genoeg weer nu zijn nest niet door de storm is geschonden. Gegroet, heldentenor! Ik ben je naam kwijt, maar je zingt ook erg mooi zonder. [pagina 37] [p. 37] Zo blijft het Het uitzicht hier: een dijk, waarachter het gelach van dagloners eens klonk, gras, dat slaafs één kant op is gewaaid, een eg, gloednieuw, hakend naar grond. Met groen plûche stoffeerde tijd een leuning van de stoel waarin hij toekeek hoe onnuttig loof ten prooi viel aan het vuur. Voordat hij in dit landschap terug kan komen kriebelt een vlieg in de benedenhoek van 't raam haastig een signatuur. De Nieuwe Vaart Het water werd 's avonds een schatkist argeloos opengelaten. Een puur gouden schaal en fijn edelgesteente; er kon heel wat rijkdom in worden bewaard omhelzingen zelfs als reserve voor slechtere dagen. Vorige Volgende