De Tweede Ronde. Jaargang 3
(1982)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 138]
| |||||
Vertaald proza | |||||
[pagina 139]
| |||||
Vijfentwintig aforismen uit ‘Geschreven in de wolken’
|
1. | door mensen |
2. | bij mensen, dat wil zeggen door slechte mensen bij betere mensen. Het is een zaak van mensen die mensen zelf moeten opknappen. - Maar ook de allerbeste wereld zou altijd van binnenuit bedreigd blijven. |
Ik - en jij. Afgrond roept naar afgrond.
Oorlog: gedreven bebouwen mensen de grond, ze bouwen huizen, wegen, bruggen, spoorwegen om weer zo gedreven mogelijk de grond, huizen, wegen, bruggen, spoorwegen te vernietigen. Zullen, zoals wij naar de ruïnes van oude burchten kijken, komende generaties kijken naar de bouwvallen van gewapend beton?
Waarheid moet je allereerst in jezelf zoeken. - Hoe zou ik de waarheid elders kunnen vinden als er niet een beetje in mezelf huisde?
Uw naaste moet u niet steeds alleen als een concurrent zien.
Mensen kun je om hun armzalige laagheid beklagen; zij kunnen je afkeer inboezemen, je kunt ze zelfs verachten, maar ze daarom te vertrappen, nog meer te vernederen, ze daarom onrecht aan te doen en van ze te profiteren, dat is de diepste bodem van die afschuwelijke menselijke kuil.
Wij mensen zijn vreselijk fragiel. Is het dan verwonderlijk dat we door zo veel dingen breken?
Egoïsme gekoppeld aan brutaliteit en egoïsme verbonden aan lafheid - beide gedaanten brengen deze tijd vrijwel volledig in beeld.
Chaotische gedachten: hoe kunnen mensen werkelijk over iets nadenken, als ze - zoals ze zelf zeggen - ‘niet weten wat ze ervan moeten denken?’
Ben je kwaad, grom niet, zetje stekels niet uit, bijt niet! Wordt er onrecht gepleegd, schreeuw, zeg ik je, roep en schreeuw!
Essentieel verschil: in details verdrinken; ofwel alles opnemen - elk detail zonder de grootheid, grootmoedigheid uit het oog te verliezen.
Mensen vergissen zich doorgaans om zich te kunnen blijven vergissen.
Het zou een grote verdienste van het communisme zijn als het de menselijke beesten en de menselijke roofdieren uit de wereldorde zou bannen. Wanneer het de wereld een beetje zou ontdieren. Het dier in de mens - als u tenminste van allegorieën houdt - is slechter en veel verderfelijker dan het dier in het dier.
We worden zwak geboren, maar met veel drang om te leven; en we sterven weer zwak, uitgeput door het leven. Wat ertussen ligt moet je zonder twijfel sterk leven; dat betekent echter niet schadelijk.
Eerst moet het schilderij je hart vullen en daarna pas je ogen.
Als je zou kunnen kiezen: zou je liever berg dan mens zijn? - En tenslotte blijft alleen over een wegebbende naam. Je zou liever berg dan mens zijn.
De kracht of de tederheid van een schilderij berust niet op uiterlijke, maar op innerlijke dingen van de afbeelding.
Zogenaamd artistiek succes. - Of misschien alleen maar een geslaagde stunt, slimmerd!?
Kunst is eerder onrust dan zekerheid: ze bestaat altijd voor een groot deel uit verlangen.
Werkelijke kunst beschrijft niet, integendeel: ze geeft de fantasie een lichaam.
Nieuwe stromingen ontstaan door nieuwe persoonlijkheden in de kunst en zouden het uitgangspunt moeten vormen voor nieuwe persoonlijkheden in de kunst.
- eind*
-
De latere schilder, dichter, en schrijver Josef Čapek, oudste van het onafscheidelijke duo De gebroeders Čapek, ‘een jongen die draaiorgelman, kapitein of reiziger wilde worden, slecht leerde en naar de fabriek werd gestuurd, omdat hij nergens voor deugde’ (volgens zijn eigen woorden), werd geboren in Hronov in 1887. Kreeg na veel moeite toestemming om aan de kunstacademie te studeren. Werkte en leefde met Karel een jaar in Parijs. Na zijn terugkeer naar Praag in 1911 een leidende figuur onder de beeldende kunstenaars en jarenlang redacteur van het Maandblad over kunst. Als fervent aanhanger van het kubisme (Braque, Picasso) en al vroeg gewonnen voor Munch en het vroege Duitse expressionisme ontwikkelde hij zich in de zogenaamde kubo-expressionistische richting. Ook als schrijver vaak in samenwerking met Karel, maakte hij snel naam als mede-auteur van het toneelstuk Uit het insectenleven en Adam de schepper. Zelfstandig schreef hij Lelio, Voor de dolfijn en het verrassende Schaduw van een varen, een ‘schuld en boete’-verhaal over twee simpele dorpsjongens die gaan stropen, een boswachter vermoorden en voor de gerechtigheid het bos, dat het onverbiddelijke lot symboliseert, invluchten. Grondslag voor het taalgebruik zijn de destijds populaire jagersverhalen in de volkstaal. De Čapeks hadden grote belangstelling voor naieve en folkloristische kunst en hebben daar ook veel over geschreven. De eigenlijke ‘schone letteren’ trokken Josef allengs minder aan. ‘Niet zij die het leven beschrijven, maar zij die er over nadenken zijn belangrijke auteurs’, schreef hij in zijn essay De kreupele pelgrim (1936). De manke reiziger loopt moeilijker en langzamer en ziet daarom soms meer.
Direct bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog in 1939 werd Jozef samen met vele andere vertegenwoordigers van het Tsjechoslowaakse culturele leven gearresteerd. Hij werd versleept naar achtereenvolgens Dachau, Buchenwald, Sachsenhausen en Bergen-Belsen, waar hij tussen 5 en 24 april 1945 omgekomen moet zijn. In Sachsenhausen schreef hij in 1943/44 de in 1946 als Gedichten uit het concentratiekamp gepubliceerde verzen die op allerlei manieren het kamp werden uitgesmokkeld. Ook de aforistische aantekeningen uit de jaren 1936/1939 werden pas na zijn dood gebundeld als Psáno do mraků (Geschreven in wolken). Deze scherpzinnige observaties en invallen over mensheid, politiek en kunst gunnen ons niet alleen een blik in de innerlijke wereld van deze grote kunstenaar, maar leveren ook waardevol commentaar op zijn tijd. En de meeste uitspraken zijn ook nu nog steeds van kracht. (Jana Beranová)