Over Nelly Sachs
Nini Brunt
Nelly Sachs werd op 10 december 1891 in Berlijn geboren, als enig kind van een rijke fabrikant. Ze had een zeer beschermde jeugd. Op haar vijftiende verjaardag kreeg ze ‘Gösta Berling’ van Selma Lagerlöf; ze werd zo getroffen door dit boek dat ze een brief aan Lagerlöf schreef. Deze brief was het begin van een geregelde correspondentie.
Op haar zeventiende jaar begon Nelly Sachs sprookjes en gedichten te schrijven in de romantische stijl van die tijd, niet weinig beïnvloed door Lagerlöf. De relatie met Lagerlöf heeft later waarschijnlijk haar leven gered; toen Hitler in Duitsland aan het bewind kwam, liep Nelly Sachs als schrijfster en als jodin groot gevaar; op voorspraak van Lagerlöf en met hulp van het Zweedse koningshuis kon zij in 1940 met haar oude moeder naar Zweden ontkomen. Al haar familieleden en haar geliefde kwamen in concentratiekampen om. In 1943 begint ze opnieuw te schrijven, maar ze heeft zich dan volledig gedistancieerd van het literaire werk dat ze in Duitsland schreef. Het eerste vers dat ze publiceerde was 'O, ihr Schornsteine', het begin van een cyclus In den Wohnungen des Todes (1947). Later werk van Nelly Sachs: Sternverdunkelung (1949), Eli (toneel, 1950), Und niemand weiss weiter (1957), Flucht und Verwandlung (1959), Fahrt ins Staublose (1961), Zeichen im Sand (1962). In 1966 kreeg zij de Nobelprijs voor literatuur.
Nelly Sachs overleed in Stockholm in 1970. In zijn naschrift bij een van haar bundels schrijft Hans Magnus Enzensberger over haar: ‘Nelly Sachs is de laatste dichteres van het joodse volk in de Duitse taal en haar werk is zonder deze koninklijke herkomst niet te begrijpen. In haar Stockholmse toevluchtsoord heeft zij de volkerenmoord heviger ervaren dan wij, die in de nabijheid van de kampen woonden, en haar werk is het enige poëtische getuigenis gebleven dat zich naast de sprakeloze ontzetting van de documentaire berichten staande kon houden.’