De Tweede Ronde. Jaargang 1(1980)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 141] [p. 141] Vier gedichten uit Steen (1916) Osip Mandelstam (1891 - 1938) (vertaling Marko Fondse) Niet gebaat is het met spraak en woord. Niets bestaat wat het te leren hoort. Droevig als het is, is zo al goed van het dier het donkere gemoed. Niets heeft het te leren ooit begeerd, spreken heeft het dan ook niet geleerd. In de kruiving van het zeeravijn zwemt het als de dartele dolfijn. 1909 [pagina 142] [p. 142] Ik kreeg een lijf - wat zal ik ermee zijn, met dit zo zeer zichzelf en zo het mijn? De stille vreugd van ademen, bestaan - zeg mij naar wie mijn dank daarvoor moet gaan? En bloem ben ik en hovenier ineen, in 's werelds kerker ben ik niet alleen. Mijn vochte adem die zijn warmte blaast heeft reeds het glas der eeuwigheid bewaasd. Het glas waarop zich ingrift mijn schriftuur, ononderkenbaar nog op korte duur. Laat het; de troebeling trekt op temet, - de tedere schriftuur blijft onverlet. 1909 [pagina 143] [p. 143] Schelp Je denkt het ook wel zonder mij te klaren, nacht; uit diepe wereldkolken opgewoeld, werd ik zonder parels, enkel schelp maar, aan je vloedlijn aangespoeld. Je golven schuim je, niet te deren, en oninschikkelijk zingt je taal, maar minnen zul je ooit, waarderen, de broze leugen van mijn schaal. Je zult naast haar in 't zand je vlijen, haar hullend in je breed gewaad, en onverpoosd haar huwen aan 't gebeier dat gigantisch door je deining slaat, en van de broze schaal de wanden, als woning van het leegstaand hart, met schuim vol fluisteren tot de randen, met regen, wind en nevelflard... 1911 [pagina 144] [p. 144] Insomnia. Homerus. Zeilen bol en strak. Ik las de lijst der schepen door tot halverwege. Die langgerekte sleep, die eens als opgestegen kraanvogeltrek van Hellas kust opbrak. Waar zeilt uw vaart, een wig van kranen, heen, - het goddelijke schuim om vorstelijke hoofden, - wat verre grens? Zo u de stad geen Helena beloofde, Achaeïsch mannenvolk, wat ware u Troje alleen? Homerus, baren - liefde doet het al bewegen. Wie schenk ik dan gehoor? Homerus laat het woord aan zwarte zee, die bruisend en rhetorisch voort stuwt met gedragen golvendreun mijn peluw tegen. 1915 Vorige Volgende