voel ik dat oneindige geluk als ik heel dwaas met Bobbel midden in een sneeuwstorm over de moor zwalk, lippen blauw, vingers van ijs en het brein even helder als de rijp aan de takken.
Als ik omkijk naar de deur, kijk ik altijd langs de magere man op het hek: Coney Island Baby? Het mag dan op de foto hoogzomer zijn, ik vind hem winters - een oudhollands ijspretschilderij met God op bezoek. Als God bestaat, ziet hij er zo uit. Ik heb God nooit mooi, intelligent of aardig gevonden, altijd een beetje zielig eigenlijk. Een dwaas die zich bezighoudt met mensen die zonder hem ook wel bestuurd worden door de ijzeren cirkelgang van de natuur. Wat een verspilling van al die barmhartigheid en liefde aan zo'n hersenloze kudde! Al die liefde is uit zijn leden weggevloeid en heeft hem sterk vermagerd, leeggezogen door de mensen. Oei, ik tik maar wat, geloof ik. Ik betrap me erop dat ik een voor mijzelf duistere weg bewandel. Even teruglopen naar de kruising. God? Nee, nog verder terug.
Coney Island Baby? Nee.
Een vrouw in een glimmend jack en de tafel van mijn opa. Een winterse dag in Amsterdam en die telefooncel aan de Marnixstraat met een ijle stem erin. Condenswolkjes uit de hoorn. Lang niet gehoord en toch maar een kwartje, daarna gulden voor de tram vol warme mensen in dikke jassen die ik niet ken. Amsterdam is bekend en verleden tijd en nu en misschien ook morgen. Bezoek van een half uur vol sprekende zinnen zonder woorden en een hoop geruststellende ademhaling. Bekende dingen tussen een hoop nieuws. Bekende ogen ook. Mijn zinnen vliegen alle kanten op, springen tegen de ramen. Buiten schop ik in de sneeuw.
Kom eens hierheen.
Kortom, de man op de bank is een figuur waar ik nooit zomaar langs kan kijken naar de deur.
Van Martin heb ik een grote foto van een volkomen kaalgestripte auto op een stoffige weg in Botswana (dat laatste kan je aan de foto niet zien). Martin zag het. Wist ie toen al dat ik zalig weemoedig en bijna kreatief word van autowrakken? De rooie kater keek door het raampje van een Opel Record 58 op het kleine autokerkhof. Niet erg spectaculair dat autokerkhof. Geen Buicks of eindelijk tot stil-