waarheid, de leelijke, en zóo dat waar er éen getroffene is die er hen om haten zou, er tien lachers zijn door wie ze worden beschermd. Zij genieten zichzelf, èn hun wraak - die een teeken van lafheid is? Ja, want laf zijn zij ook, dáárdoor dat zij het Martelaarschap gevreesd hebben; maar dit is de wijze, door Erasmus beleden, lafheid van een lévens-lustigen tijd.
Tusschen de overmacht van een verkeerde wereld en den Dood staande, hebben zotten en wijzen - die veelmaal dezelfden waren - door heel Europa dien Held geschapen die de waarheid spreekt onder de gedaante van een zot.
De Treurspelheld van de Middeleeuwen is dat arme goede Verstand geweest. Tegen aardsche onkunde en hemelsche dwaasheid heeft het beurtelings gestreden; en in onzalige koppeling met de eene en de andere heeft het heksen en heiligen voortgebracht. Toen de heele wereld verkeerd was zoodat het nergens in den klaren spiegel van een natuurlijk menschenhart zijn waarheid weerkaatsen zag, heeft het in de geesten van heel een geslacht van narren, leugenaars en duivelskunstenaars zich die nadrukkelijk zoo genoemde ‘verkeerde wereld’ geschapen, die de Waarheid was onder een verkeerden schijn.
Zóó waar is het dat de wereld zich spiegelt in het menschenhart en daardoor altijd ten slotte de waarheid over zichzelf erkent.
Wonderlijk is het van dien tijd te lezen, waarin ook Uilenspiegel geboren is, toen de leugen en de eerbiedlooze spot gezochte zaken werden, en hun adepten als reizende gasten hoven en herbergen, markten en vaarten vervroolijkten. De toenmalige wereld spiegelde in hen haar verkeerdheid en lachte erom. Het werd mode en een geschatte en betaalde voortreffelijkheid een waarheidsprekende dwaas te zijn.
Later, in den tijd toen de Uilenspiegel-boeken al gedrukt waren - en het Uilenspiegel-type zelf was in andere vormen