Redactioneel
Wij Nederlanders kennen een koopmansmentaliteit, wij zijn uiterst zuinig. Dat is niet slechts een vooroordeel van buitenlanders. Achtereenvolgende ministers van onderwijs bevestigen dat vooroordeel volop. Eerdere en recente OESO-cijfers indiceren dat leraren in Nederland zo'n 30% meer lesuren geven dan hun buitenlandse collega's, en veel meer leerlingen onder hun hoede hebben. We kennen een geweldige economische bloei, maar het onderwijs profiteert daar niet van. In alle marktsectoren is er krapte aan personeel, dat is waar. Maar Hermans noch Adelmund wagen het principiële uitspraken te doen doen over de arbeidsomstandigheden van leraren. Onderwijs mag nog steeds niet te veel kosten.
Eenzelfde grondgedachte van economische rentabiliteit kenmerkt ons leerplan. De inhoud van het schoolvak Nederlands betreft voornamelijk de zakelijke taalbeheersing. Literatuur is er uit losgemaakt en ondergebracht in een nieuw vak. Dat geeft het literatuuronderwijs nieuwe kansen, maar verschraalt tegelijkertijd de visie op taal en taalgebruik in het vak. Taal als instrument voor gedachtenontwikkeling en creativiteit, taal als vormgeven aan en weerspiegeling van een multidimensionale werkelijkheid - ach, wat kopen we daarvoor? In gesprekken met buitenlandse collega's ervaar ik plaatsvervangende schaamte voor deze visie op taal! In deze Tsjip wordt aandacht besteed aan een onderwijstraditie die vanwege die utilitaire dominantie voortdurend onder druk stond en staat. Een traditie die beperkt bleef tot het literatuuronderwijs, of tot ‘vakken onder de streep’ of vorm kreeg in de zogenaamde ‘buitenschoolse activiteiten’. Een traditie die inderdaad buiten school wordt geroemd vanwege de bijdrage aan de kwaliteit van het leven - maar die blijkbaar niet veel aan de kwaliteit van ons onderwijs toevoegt. Toegegeven, we kennen nu CKV, maar ik zal me maar niet uitlaten over de budgettaire condities voor dat nieuwe vak!
Deze Tsjip laat praktijken zien die, binnen en buiten de les, leerlingen proberen een breder perspectief op onderwijs en maatschappij, leren en leven mee te geven. Maarten Foeken beschrijft een lange doorzetters-geschiedenis van toneel op school. Rudi Wuyts en Mireille Oostindië beschrijven hoe popteksten een opening bieden naar poëzie. Linda Vogelesang onderzocht de poëzievoorkeur van kinderen. In een tweede bijdrage laat ze zien hoe leerlingen uit zowel technisch als avo-onderwijs zich op een voordrachts festival voorbereiden en presenteren. Anne-Mariken Raukema beschrijft pop, poëzie en podium in het leesbevorderingsproject Bazar. Merlijn Elst introduceert ons in de Stichting Kinderen en Poëzie.
En verder. Suzanne van Stratum verheldert dat verhalend schrijven ook leerzaam is voor een professioneel schrijver van zakelijke teksten. Een daarop volgende bijdrage van mijn hand laat zien hoezeer jongens en meisjes een eigen verhaalinterpretatie ten tonele voeren. Dan is er is de tot nadenken uitnodigende column van Jacques de Vroomen. Er zijn de rubrieken Na Schooltijd, Leeswijzer en Agenda, die u oriënteren op nieuwe boeken, activiteiten en websites. En ten slotte is er een hoofdredacteur die afscheid neemt. Mijn laatste Tsjip-nummer is ontstaan met veel hulp van Sascha van Kuppeveld en Sylvia Thijssen. De laatste verzorgde als gast de beeldredactie. Hen beiden zij dank. Met mij verlaten Sascha van Kuppeveld (een nieuwe werkoriëntatie) en Sacha Odenhoven (na al die Tsjip-jaren wordt de werkdruk te groot) de redactie. Jammer, maar het geeft me de kans hen te bedanken voor hun inzet, zoals ook mijn erkentelijkheid uitgaat naar de hele redactie en de groep van vaste medewerkers. Dank voor jullie vertrouwen en daadkracht in de afgelopen tweeëneenhalf jaar.
Wie in het Nederlandse onderwijs werkt, doet dat onder ridicule arbeidsomstandigheden. Wie zich zoals mijn mederedacteuren desondanks inzet voor Tsjip (of vergelijkbare ‘buitenschoolse activiteiten’), die verdient meer lof dan ik in woorden kan weergegeven. De combinatie werk-Tsjip is mij te veel. Des te meer bewondering koester ik voor hen die zullen doorgaan - én voor hen die mee gaan doen. Alfons Andriessen, Hannie Humme en Sylvia Thijssen versterken volgend jaar de redactie, met Anne-Mariken Raukema als nieuwe hoofdredacteur. Ik wens hun, met Tsjip, menig verfrissende act toe op het onderwijspodium.
Piet-Hein van de Ven