Trou moet blijcken. Bronnenuitgave van de boeken der Haarlemse rederijkerskamer 'de Pellicanisten'. Deel 4: Boek D
(1994)–Anoniem Trou moet blijcken– Auteursrechtelijk beschermdW.N.M. Hüsken, B.A.M. Ramakers en F.A.M. Schaars (eds.) Trou moet blijcken. Bronnenuitgave van de boeken der Haarlemse rederijkerskamer ‘de Pellicanisten’. Deel 4: Boek D. Uitgeverij Quarto, Assen 1994
-
gebruikt exemplaar
eigen exemplaar dbnl
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Trou moet blijcken. Bronnenuitgave van de boeken der Haarlemse rederijkerskamer ‘de Pellicanisten’. Deel 4: Boek D in de editie van W.N.M. Hüsken, B.A.M. Ramakers en F.A.M. Schaars uit 1994.
redactionele ingrepen
Door het gehele werk heen zijn aan het begin van een nieuw toneelstuk koppen tussen vierkante haken aangebracht.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (p. 2 en 622) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.
[pagina 1]
Trou Moet Blijcken
Deel 4: Boek D
[pagina 3]
Trou Moet Blijcken
Deel 4: Boek D
bronnenuitgave van de boeken der Haarlemse rederijkerskamer ‘de Pellicanisten’
onder redactie van
Dr W.N.M. Hüsken
Drs B.A.M. Ramakers
Dr F.A.M. Schaars
met medewerking van M.R. Hagendoorn en Dr J.P.G. Heersche
Uitgeverij Quarto
Assen 1994
[pagina 4]
CIP-GEGEVENS KONINKLIJKE BIBLIOTHEEK, DEN HAAG
Trou
Trou Moet Blijcken: bronnenuitgave van de boeken der Haarlemse rederijkerskamer ‘de Pellicanisten’ / onder red. van W.N.M. Hüsken, B.A.M. Ramakers, F.A.M. Schaars - Assen: Quarto
Deel 4: Boek D - Ill.
ISBN 90-5088-023-1 geb
Trefw.: Pellicanisten, De (rederijkerskamer, Haarlem); toneel; tekstuitgaven; Nederlandse taal; filologie
ISBN 90-5088-023-1 geb
© De auteurs, p/a Uitgeverij Quarto, Derkingehof 22, 9403 PC Assen, 1994.
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16B Auteurswet 1912 jo, het Besluit van 20 juni 1974, St. b. 351, zoals gewijzigd bij het besluit van 23 augustus 1985, St. b. 471 en artikel 17 Auteurswet 1912, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (Postbus 822, 1180 AJ Amstelveen). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16 Auteurswet 1912) dient men zich tot de uitgever te wenden.
[pagina 5]
Inhoudsopgave
Voorwoord | 7 |
[Vrou Lorts] | Fol. 29r. |
Conclusie | Fol. 34v. |
Prologe op het naevolgende spel opt woort van Lieft boven al | Fol. 35v. |
[Lieft boven al] | Fol. 40r. |
Een spel vande Gebooren blinde Johannes 9 capittel | |
Prolooch van Drie personages | Fol. 51r. |
Die conclusij Twee buerluij tot personage | Fol. 64v. |
Prolooch | Fol. 65v. |
Een spel Van sinnen Hoe goodts Ordonancij Elck Mensch een staet stelt om in te Leven | Fol. 67r. |
Een ander spel van sinnen Roerende van meestal hoe dat hij Doer sijn mijsbruijck neering en welvaert verjaecht ende hoe dat hij dan van oorloch en oorlochs | |
Dienaers fors en gewelt bestreen wort en van die selfde in benoutheijt geset wort | Fol. 81v. |
Die conclusi van tspel | Fol. 93r. |
Davidts vluchte | Fol. 94v. |
Een spel van sinnen Van Saul ende David | Fol. 92r. |
Prolooge van drie personages Twee buerluij ende een Redelick gevoelen genaemt | Fol. 102r. |
Een spel Van sinnen van die saijer die Goet saet in sijn ackker seijden ende ter wijl hij sliep Die viant quaet saet daer onder saijden Matheus 13 capittel | Fol. 105r. |
Prologe | Fol. 117v. |
Een spel Van sinnen hoe Dat Die Werlt haer versufte Maeltijt Gheeft ende Nae Van den Dach des heeren vernielt wert | Fol. 119r. |
Prologe | Fol. 134r. |
Een spel van sinnen hoe dat menich bedruct hart Doer eijgen vernuft en valsche perswacij gebrocht en verbleijt wert aen een Droege chijsterne die geen water en hout maer wert van daer doer Die heijlijge schriftuer Tot crijstum geweesen / Die hem alle sijn Lasten quijt maect ende aff verlost | Fol. 136v. |
Prolooch van Drie Personages te weeten Twee buerluijden ende Een vrow genaemt Lust Tot vrede | Fol. 150v. |
Een spel Van sinnen hoe Dat goetheijt ende Lijefde presenteeren haer eenijge dochter genaemt Eendracht Te geven aen veel volcxs Maer hij slaetse van handen Waer Door hem opcomt straff van sonden Die hem in veel Lijens en veerdriet brenct | Fol. 152r. |
Conclusij Die selfde personages van De prolooch | Fol. 163v. |
Prologe van tnaevolgende spel ende heeft Drie personagen | Fol. 165r. |
Een spel Van sinnen Van Jesus Onder Die Leeraers Lucas int 2 capittel | Fol. 167r. |
Die conclusij heeft Twee personages | Fol. 181r. |
[pagina 6]
Adviesraad
Prof. Dr G.R.W. Dibbets
Prof. Dr H. van Dijk
Prof. Dr W.M.H. Hummelen
Prof. Dr H. Pleij