De ton vol vrolykheid(1803)–Anoniem Ton vol vrolykheid, De– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Een Nieuw Lied, op het Vertrek der Soldaatjes van Malpraade, naar Sluys en Vlaanderen. Stem: Van 't Savojeerdze Meisje. LIefhebbers van Malprade, Maakt nu een bly getier, Walt u met vreugt vergadere, De Patente zyn al hier; Al om te gaan marseeren, Na Sluys en Vlaanderland; Daar zullen wy braaf zwiere: Met Meisjes abundant. Malprades volk vol eeren, Wat maakt gy ons bekend: Als dat gy gaat marseeren, Ach! wat een groot elend [pagina 33] [p. 33] Dat kan ik niet vergeeten Hoe het my ter herte gaat, Nu zit ik in gebreken In deeze bedroefde staat. Zoete Lief en wilt niet schroomen, Houd doch maar geode moed, Wy zullen wel weer komen, En droogt uw traanenvloed; En dat kan u niet baaten, Ik kan niet altyd by u zyn, Het zyn orders van de Staaten, Die moeten waargenomen zyn. Zoete Lief zyn dit de banden Die gy aan my hebt gedaan, Nu moet ik in de schande Voor de gansche waereld gaan. Och Lief komt myn te baaten, En laat my niet in schand, Ik zal u nooit verlaaten, Bied myn op trouw uw hand. 't Is negen maanden geleden Dat gy kwam in garnizoen, Doen heb ik my begeeven By een Malprader met fatzoen, Die wist myn hartje te steelen Door zyn aangenaame spraak, Doen ben ik door het zoet speelen Met een klein kindje geraakt. Zoete Lief dat moet je weeten, Dat zyn wy uu zo gewent, Om dat gy niet zult vergeeten Malprades zyn Regiment Heb ik u een zoontje gaan maaken, En wanneer hy is in staat Stuurt hem dan by Malprade, Die zal hem maaken soldaat. De tyd die is gekomen [pagina 34] [p. 34] Dat wy marseeren gaan, Myn herte is vol schroomen, Ik hoor de trommel slaan, En moet my gaan begeeven Aan myn Capteins kwartier. Adieu zoete Lief verheven, Ik wensch u veel plaizier. Vorige Volgende