Tirade. Jaargang 47 (nrs. 398-401)(2003)– [tijdschrift] Tirade– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 34] [p. 34] Peggy Verzett Hazen de hazen zijn al wakker wij droomden over hazen en alle voorwerpen die weerkaatsten de wijze van voorplanting nauwelijks omslachtig Grote Haas zag alles rooskleurig in we klommen in boomtoppen en gingen voorbeeldig om met de sterren naast de riviermond tussen het riet kelderde een aloude twist tussen winter en zomer de aarde droeg een rok vijf grote lagen meer was het niet [pagina 35] [p. 35] het huis aan de overkant is leeg hazenbloed het lijkt wel ingeraamd we spiegelen in ramen narrenbloed soms ben ik er geweest door de lege kamers gelopen langs de onderkant van het weggescheurde gekropen op het veld onder de volle maan uitgeweken naar de rand van veilig bos boven bij de trap om door een deurpost en langs glooibaar grensgebied gestaan vastere grond onder de voet ik verken maar verbroeder niet naar tegenover staren waar de Grote Haas met das da da dasein terug te komen bij het raam de hoofddoek zien wapperen aan een stok die zijdelingse bries [pagina 36] [p. 36] maanmeertje met het ovale wak en Grote Haas die daar zat op het dunne ijs met zijn hellend vlak knieën tegen de borst gehesen lobbig wit op takken ho meisje ode aan jou meisje meisje van ver en meer glansgek oog en bel twee hazen rennen niet door een hodeldebodelhek en zullen weer schoten vangen [pagina 37] [p. 37] een haas is een haas houdt de wereld in een zak met het blote oog over de veldweg onder de maan langs de rochelende put rent de snelheid van straaljagers in de naam van aphrodite en cupido's over het omploegde land - er ligt weer hazenvet - nageltikkend klauwendrummend over wijfjes en vibraties oef de dingbouw is groot [pagina 38] [p. 38] schrezen schrezen in het plantsoen van deze woonwijk in de slaapstad schrezen schrezen in het land dat van houtwal naar houtwal liep schrezen schrezen in de wereld waar halvezool haverbrood en hazenvel schrezen in het drommend heelal om mooier spul inlegwerk? van Grote Haas voor evenknie [pagina 39] [p. 39] wat mij te binnen schiet vogels en labbayen ik herinner me nog woekerend raaigras onder systeemplaten in het kantoor van de douane bomen bomen mooie improvisaties en dat rurale niet vergeten niet fred (van astaire) ferme haas weet nog hermafrodiet en hallucinade in het nulijf lengtegolven want de rechte hoek wil zwenken volgens het schietlood met deze wereld aan niemand opgedragen Vorige Volgende