blik een beslissende invloed zouden hebben gehad op de stemming in het ioc.
Dat ioc is namelijk niet een club van fiere, eigenwijze en onafhankelijke individuen die zich in alle ernst buigen over de eigen merites van aan hen voorgelegde plannen van candidaat-organisatoren. Het ioc is een gezelschap waarin politiek gemaakt wordt, in de ongunstigste zin van dat woord. Machtsverhoudingen, nationaal- en internationaalpolitieke overwegingen, geld, relaties, ijdelheid en maffia-achtige beïnvloeding spelen in dat college een overwegende rol. Het was naïef om te menen dat het in zo'n milieu voldoende is om met een aardige ‘presentatie’ voor den dag te komen om kans op succes te hebben. Succes is alleen verzekerd als een candidaat bereid en in staat is het politieke spel mee te spelen, en daarop hebben de Nederlandse provincialen zich verkeken.
De simplistische gedachte was: we gooien er een paar commissarissen van de koningin tegenaan, we huren een paar nationale keien uit de wereld van de ‘public relations’ in, en we zijn niet zuinig met een fantastische ‘video-clip’ - dan moet het, met hulp van Zeus, toch lukken.
De achtergrond van die naïviteit ligt in de omstandigheid dat de Amsterdamse candidatuur voortvloeide uit de gedachte dat er nog zoiets moois bestaat als een ‘Olympische gedachte’, die de drager zou zijn van de moderne Spelen. Die ‘gedachte’ bestáát niet. En eigenlijk heeft die nooit bestaan. Het is al begonnen met de falsificatie van het beeld van de Spelen in de Oudheid. Krampachtig houdt men in het ioc en in instellingen als de ‘Internationale Olympische Academie’, gevestigd in Olympia op de Peleponnesos in Griekenland, vol dat de Spelen in de Oudheid gedragen werden door een diepe filosofie. Die zou erin hebben bestaan dat de Spelen een middel waren om ‘de menselijke geest te verbeteren, hetgeen zou moeten leiden tot een harmonieuze en evenwichtige vorming en de verbetering van de mens’. Door dat ‘ethisch réveil’ zou de wereld toegroeien naar wederzijdse erkenning, samenwerking, vriendschap, coëxistentie, internationaal begrip en gezond sociaal gedrag. Verwerkelijking van het ‘Olympisch ideaal’ zou de wereld in staat stellen om een oplossing te vinden voor haar nog onopgeloste problemen. En het zou de onsterfelijke verdienste zijn van baron Pierre de Coubertin, de grondlegger van de moderne Spe-