als hij betrapt wordt met een fugato onder handen of terwijl hij overhoop ligt met een stretto imitatie hoe kort ook. De contrapuntische technieken die de indrukwekkende verklaringen van Bach en Händel mogelijk maken zijn voor het merendeel enkel barokke impedimenten voor Scarlatti. Hij voelt zich het prettigst, en is op zijn best, wanneer hij vlotjes van de ene sprankelende sequens in de andere overgaat, van het ene octaaf in het andere, en wanneer hij de nu aanvaarde avant-garde truc toepast, waarbij marginale uitersten in een snelle opeenvolging worden gezet, en het resultaat van dit alles is dat zijn muziek een hogere quotiënt aan eigenzinnigheid bezit dan bij welke vergelijkbare figuur dan ook.
Er kleeft een voorspelbare onsamenhangendheid aan Scarlatti, en, ook al is zijn werk niet gedenkwaardig in conventionele zin, ook al dringt zijn fantastische melodieënstroom zich niet op aan het geheugen van de luisteraar, de onbedwingbare levendigheid en welwillendheid van deze muziek staan er voor in dat onverschillig welk stuk van de 600 wordt gekozen, het een van die onverwoestbare muzikale verrukkingen zal blijken op te leveren.
Vertaling: Relinde Nefkens
bron: The Glenn Gould Reader, edited and with an introduction by Tim Page, Alfred A. Knopf, publisher, New York, 1984. Copyright ©C 1984 by the Estate of Glenn Gould and Glenn Gould Limited, Toronto, Canada.