Bij twee klassieken
door J.E. Kool-Smit
Het essay als inleiding vermomd leidt in Frankrijk een bloeiend leven tegenwoordig; de meeste uitgevers verjongen hun klassiekencollectie door deskundige pennevoerders te vragen een belangwekkende voorrede te schrijven bij hun uitgaven en door meer aandacht te schenken aan het kritisch apparaat, terwijl zij hun matige prijspeil handhaven.
Twee interessante publicaties in de ‘Bibliothèque de Cluny’ van de laatste tijd zijn de ‘Anthologie de la Poésie Baroque’, in twee delen, verzameld en van voortreffelijk commentaar voorzien door Jean Rousset, en de door Etiemble ingeleide roman van Crébillon-fils: ‘Les égarements du coeur et de l'esprit’, die hier verderop aan de orde komt.
In de ‘Classiques Garnier’ werden de laatste tijd opgenomen de volledige werken van Rimbaud, voor het eerst ongehavend met verstandige noten uitgegeven door Suzanne Bernard. In deze reeks verschenen voorts onlangs de ‘Lettres Portugaises’, in het Nederlands meestal geheten ‘Brieven van een Portugese non’.
Rousseau voorspelde dat men op een dag zou ontdekken dat de ‘Lettres Portugaises’ door een man geschreven waren; de inleiders van deze uitgave, F. Deloffre en J. Rougeot, menen dit aangetoond te hebben; zij publiceren de brieven onder de agressieve titel: Lettres Portugaises, Valentins et autres Oevres de Guilleragues'. Guilleragues was een Gascons edelman, tijdgenoot en vriend van Racine en Molière, in dienst van de prins de Conti, later secretaris van Lodewijk XIV en ambassadeur te Constantinopel.
Het zou niet nodig zijn in ‘Tirade’ lang stil te staan bij de polemische visie van de heren Deloffre en Rougeot als hun inleiding niet een fraaie illustratie gaf van de splendeurs en misères van literair-historische methoden.