Tirade. Jaargang 4 (nrs. 37-48)
(1960)– [tijdschrift] Tirade– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 53]
| |
Literatuur van het jaar Nul
| |
[pagina 54]
| |
mochten niet verschijnen. De Amerikanen weigerden weer hun toestemming. En de reden? Nihilisme! En waaruit bestond dat nihilisme? Uit een minder vleiend artikel over Stalin, geschreven door Koestler. De Russen waren er natuurlijk direct bij. Verboden. Ja, zo was dat nog in die tijd. Ik had al een redactievergadering belegd ter bespreking van het zojuist gedrukte nummer en van het volgende. Ik had jonge schrijvers uit heel Duitsland uitgenodigd om met hun manuscripten op die vergadering te komen. Ondertussen kwam dat verbod om te verschijnen af. Wat nu? Uit deze situatie is eigenlijk de ‘Gruppe 47’ ontstaan. Door toedoen van Schnurre uit Berlijn. Die had nl. al een verhaal klaar en hij zei op de vergadering dat hij dat verhaal in ieder geval kwijt wilde, gedrukt of niet. Dan maar voorlezen. Het gevolg was, dat iedereen met zijn manuscript te voorschijn kwam en dat voor begon te lezen. Dat is het ontstaan van de ‘Gruppe 47’. Toen waren het er zeventien, nu 120. Een leest voor uit eigen werk en als hij klaar is begint de critiek, een niets ontziende, ongezouten maar zeer deskundige critiek, ook wat puur taalkundige kant betreft, zinsbouw, taalgebruik etc. I. Uit Uw aanduiding het jaar nul, maak ik op dat U elke continuïteit tussen de literatuur vòòr 1933 en de naoorlogse literatuur afwijst? R. Het jaar 1947 was het jaar nul van de moderne literatuur. Het buitenland is daarvan niet zo goed op de hoogte. Kijkt U eens, in 1933 houdt de literatuur in Duitsland op en daarmee staat de literaire ontwikkeling stil. Het Expressionisme was de laatste duidelijke literaire stroming. I. Maar zijn de emigranten dan niet in zekere zin de schakel tussen 1933 en 1945? R. Laat ik U dit zeggen. Men behandelt de emigranten met veel piëteit. Maar ze vertegenwoordigen niets. Veel emigranten keerden niet terug en de mensen, die gebleven zijn waren gebroken. De emigranten waren begaafde schrijvers, die de literatuur uit de twintiger jaren geconserveerd hebben, maar de ontwikkeling ging door. De schrijvers van het Derde Rijk waren sowieso bij de ontwikkeling ten achter en waren literair van geen enkel belang. Er was dus een vacuum. En in dit vacuum kwamen de jonge mensen terecht met hun vreselijke ervaringen uit de oorlog, mensen, die nog nooit hadden geschreven. Ze wilden wel schrijven maar waar moesten ze hun voorbeelden zoeken? Duitse voorbeelden waren er niet. Nee, van continuïteit kan geen sprake zijn.[Vervolg of p. 54] |
|