Tirade. Jaargang 3 (nrs. 25-36)(1959)– [tijdschrift] Tirade– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende De amulet Hij draagt zijn Heiland om de jongens nek, heel minutieus van het puurste goud gedreven; 't geschenk hem door de liefste hand gegeven; de laatste avond was ‘t, vóór z'n vertrek. Vergeefs; vergeefs; de kostb're amulet, met zoveel tederheid hem om de hals gehangen, vermag geen tempering van het wild verlangen naar weer een vriend en nog een vriend in het bed. Een vreemde jongenshand speelt met het Kruis en tracht dit nu de slapende t’ ontwringen - is goud niet meer, dan dertig zilverlingen? - eens keert de zondaar zonder Heiland thuis. jac. van hattum Vorige Volgende