Dit is verstaanbaar, want als de photographische toestel aan den vlieger vast is, dan moet hij al zijne bewegingen volgen, en daardoor komen zeer dikwijls de koorden in den weg en soms ook de staart.
Zoo is het dat op eene photographie, waarvan wij een afbeeldsel gezien hebben, het onderste gedeelte van den vlieger en een groot deel van den staart zichtbaar zijn.
Daarom veranderde M. Wentz de wijze waarop de toestel was vastgemaakt. In zijne proeven zien wij de toestel aan de koord gehecht, en geheel en al onafhankelijk van de bewegingen van den vlieger.
Daarom is het, dat de koord vier vertakkingen in de nabijheid van den vlieger heeft, en 't is tusschen die vier kleinere koorden dat de toestel vastgemaakt is.
De sluitplaat werkt zooals die van M. Batut met eene zwamwiek. Deze wiek houdt eene veer vast, en wanneer zij verre genoeg opgebrand is, springt de veer los en de sluitplaat komt in werking.
Men kan ook in plaats van eene wiek, eene tweede koord en zelfs de electriciteit gebruiken. De koord welke den vlieger vasthield werd op eene groote bobijn opgerold, door middel van twee tandwielen. Deze koord had eene lengte van 2000 meter en moest dus spoedig kunnen opgerold worden.
M. Wentz nam een groot getal proeven, vooral te Bercksur-Mer. La Nature en La Photogazette gaven schoone afteekeningen van eenige photographieën die zeer goed gelslaagd waren.
De photographie zelve diende tot het berekenen van de hoogte die de vlieger bereikt had.
Die berekening is zeer eenvoudig. Indien a de lengte is van een huis, op de photographie, b de lengte van hetzelfde huis in natuurgrootte, en indien f de afstand is van het objectief tot de gevoelige plaat, dan is de hoogte door den vlieger bereikt gelijk aan af/b.